Fiscale beleggingsinstellingen
Paperback Nederlands 2018 2e druk 9789013142570Samenvatting
Op zoek naar een uitgave die het fiscale regime voor beleggingsinstellingen bondig verheldert? Deze brochure belicht het gehele plaatje: van fiscale behandeling op het niveau van de beleggingsinstelling en verruimde maatregelen voor vastgoed, tot de meest actuele wetgeving en beleidsbesluiten.
Het fiscale regime is complex. Maar met FFB Fiscale beleggingsinstellingen bij de hand vindt u moeiteloos uw weg door deze complexe wet- en regelgeving. Dankzij de praktijkgerichte benadering en uitgebreide toelichtingen krijgt u snel inzicht in het fiscale regime voor beleggingsinstellingen.
De brochure beschrijft een brede range aan onderwerpen: van het fiscaal transparante fonds voor gemene rekening en de vrijgestelde beleggingsinstelling, tot de fiscale beleggingsinstelling met uitdelingsverplichting. De uitgave kijkt verder dan enkel het niveau van de beleggingsinstelling, maar zoomt ook in op de behandeling bij verschillende beleggerscategorieën.
De brochure biedt houvast aan elke professional die betrokken is bij de keuze voor een beleggingsstructuur, de concrete opzet van een beleggingsfonds, het bewaken van de fiscale status, de aangifteverzorging, reorganisaties van beleggingsstructuren en tot slot de dividendbelasting.
Vanwege het succes van de eerste editie is er aan de opzet weinig gewijzigd. Uiteraard bevat deze nieuwe editie de meest actuele wetgeving en beleidsbesluiten. Ook het trefwoordenregister is waar nodig aangevuld.
De auteur besteedt extra aandacht aan de belangrijkste wetswijzigingen. Denk bijvoorbeeld aan de wijzigingen in de box 2 heffing bij belangen in vrijgestelde beleggingsinstellingen, de introductie van de regeling voor servicedochters van fiscale beleggingsinstellingen en de step up up bij overgang van fbi-regime naar normaal belast regime.
Kortom: deze brochure brengt de meest toonaangevende literatuur en ruim veertig jaar praktijkervaring samen omtrent de fiscale begeleiding van beleggingsinstellingen en hun stakeholders. Ideaal voor belastingadviseurs en bedrijfsfiscalisten.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
Lijst van afkortingen / XIII
HOOFDSTUK 1
Inleiding / 1
1.1 Het begrip beleggingsinstelling / 1
1.2 Beknopte schets van de fiscale regimes / 2
1.2.1 Achtergrond bij fiscale behandeling beleggingsinstellingen / 2
1.2.2 Fiscaal transparant fonds / 2
1.2.3 Vrijgestelde beleggingsinstelling / 2
1.2.4 Fiscale beleggingsinstelling met uitdelingsverplichting / 3
1.2.5 Normale belastingplicht in combinatie met deelnemingsvrijstelling / 3
1.3 Praktische betekenis / 3
1.4 Toezicht / 4
HOOFDSTUK 2
Rechtsvorm / 7
2.1 Inleidende opmerkingen / 7
2.2 Fonds voor gemene rekening / 8
2.2.1 Kenmerken fonds voor gemene rekening / 8
2.2.2 Zelfstandig belastingplichtig fonds voor gemene rekening / 9
2.2.3 Fiscaal transparant fonds voor gemene rekening / 11
2.3 Rechtspersonen / 13
2.3.1 Naamloze vennootschap / 13
2.3.2 Besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid / 14
2.3.3 Coöperatieve vereniging (Coöp) / 14
2.3.4 Schematisch overzicht rechtsvormen / 15
2.4 Paraplufonds / 15
HOOFDSTUK 3
Beleggingsbegrip / 17
3.1 Inleidende opmerkingen / 17
3.2 Beleggen versus ondernemen; de (oude) visie van de AFM / 18
3.3 Beleggen versus ondernemen; fiscale relevantie / 20
3.3.1 Boxen systeem in de inkomstenbelasting / 20
3.3.2 Faciliteiten bij overgang van aanmerkelijkbelangpakketten / 20
3.3.3 Deelnemingsvrijstelling / 20
3.3.4 Bedrijfsfusiefaciliteit / 21
3.3.5 Aanmerkelijkbelangregeling voor buitenlands belastingplichtigen / 21
3.3.6 VBI en FBI-regime / 21
3.4 Het fiscale beleggingsbegrip als vertrekpunt voor VBI en FBI / 22
HOOFDSTUK 4
De vrijgestelde beleggingsinstelling (VBI) / 25
4.1 Inleidende opmerkingen / 25
4.2 Uiteenzetting van het VBI-regime / 26
4.2.1 Beschrijving van de vrijgestelde beleggingsinstelling / 26
4.2.2 Definitie ‘beleggingsinstelling’ / 26
4.2.3 Het collectieve karakter van de VBI / 28
4.2.4 De beleggingen van de VBI: financiële instrumenten en banktegoeden / 30
4.2.5 Het beginsel van risicospreiding / 33
4.2.6 Het open-end karakter / 35
4.2.7 De vereiste rechtsvorm / 36
4.3 Formele aspecten VBI / 37
4.3.1 Inleidende opmerkingen / 37
4.3.2 Begin en einde VBI-status / 37
4.3.3 Aangifte vennootschapsbelasting / 37
4.4 De gevolgen van sfeerovergang naar/van VBI / 38
4.4.1 Van normale belastingplicht naar vrijgestelde status (VBI) / 38
4.4.2 Van VBI naar normale belastingplicht / 39
4.4.3 Van FBI naar VBI / 39
4.4.4 Van VBI naar FBI / 40
4.5 VBI en verdragsbescherming / 40
4.5.1 Inleidende opmerkingen / 40
4.5.2 Waarom geen verdragsbescherming? / 41
4.5.3 Wanneer wel vestigingsplaatsverklaring? / 43
4.5.4 De buitenlandse aandeelhouder in een VBI / 43
4.6 VBI en dividendbelasting / 45
4.6.1 Inleidende opmerkingen / 45
4.6.2 Vrijstelling van dividendbelasting bij uitdeling? / 45
4.6.3 Geen verrekening of teruggaaf van dividendbelasting / 47
4.6.4 Vestiging dividendbelastingclaim? / 48
4.7 Waarderingsvoorschrift voor de aandeelhouder in de VBI / 49
4.7.1 Inleidende opmerkingen / 49
4.7.2 Particuliere aandeelhouders zonder aanmerkelijk belang / 49
4.7.3 Particuliere aandeelhouders met een aanmerkelijk belang / 50
4.7.4 VPB-plichtige aandeelhouders / 53
4.7.5 Schematisch overzicht waardering op aandeelhoudersniveau / 55
HOOFDSTUK 5
De fiscale beleggingsinstelling (FBI) / 57
5.1 Inleidende opmerkingen / 57
5.2 Doel, werkzaamheid en rechtsvorm van de FBI / 58
5.2.1 Wettelijke omschrijving, rechtsvorm en vestigingsplaats / 58
5.2.2 Doelstelling en feitelijke werkzaamheid: beleggen van vermogen / 59
5.2.3 Uitbreiding beleggingsbegrip in de vastgoedsfeer / 61
5.2.4 Projectontwikkeling (nader beschouwd) / 65
5.2.4.1 Inleidende opmerkingen / 65
5.2.4.2 Uitgangspunt wetgever / 65
5.2.4.3 Oplossing: inbreng ontwikkelingsactiviteiten in de belaste sfeer / 66
5.2.4.4 Safe haven bepaling / 66
5.2.4.5 De projectontwikkelingsdochter en haar klantenkring / 66
5.2.4.6 De ontwikkelingsactiviteiten nader beschouwd / 67
5.2.4.7 Afsluitende opmerkingen projectontwikkeling / 69
5.3 Financieringslimieten / 69
5.4 Uitdelingsverplichting (wetgeving) / 71
5.4.1 Inleiding / 71
5.4.2 Inhoud en achtergrond uitdelingsverplichting / 71
5.4.3 Ontheffing vereiste van gelijke winstverdeling per aandeel / 72
5.4.4 Nakoming uitdelingsverplichting / 73
5.4.5 Ontheffing van de uitdelingsverplichting / 73
5.5 Aandeelhouderseisen / 74
5.5.1 Inleidende opmerkingen / 74
5.5.2 Aandeelhouderseisen bij beursgenoteerde of gereguleerde lichamen / 74
5.5.2.1 De vergunning aspecten / 76
5.5.2.2 Aandelen / 76
5.5.2.3 Aanknopingspunt 45% en 25% / 77
5.5.2.4 Betekenis van de term ‘berust’ / 77
5.5.2.5 Onderworpenheidscriterium / 77
5.5.2.6 Fiscaal transparante aandeelhouder(s) / 78
5.5.2.7 Verbonden lichaam / 79
5.5.2.8 Stemovereenkomsten / 79
5.5.2.9 Fractieverzekeringen en gesepareerde beleggingsdepots / 79
5.5.3 Aandeelhouderseisen bij niet beursgenoteerde of niet gereguleerde lichamen / 80
5.5.3.1 Stapelstructuren / 82
5.5.3.2 Ontheffing tijdens introductieperiode / 83
5.5.4 Buitenlandse beleggingsinstelling als aandeelhouder / 83
5.6 Bestuurders- en commissarissentoets / 83
5.7 Ontheffingsbepaling / 84
5.8 Het Besluit beleggingsinstellingen / 84
5.8.1 Inleidende opmerkingen / 84
5.8.2 De uitdelingsverplichting (comptabele aspecten) / 84
5.8.3 De herbeleggingsreserve / 87
5.8.4 De afrondingsreserve / 90
5.8.5 Het tarief / 91
5.8.6 Statusovergang / 91
5.8.6.1 Inleidende opmerkingen / 91
5.8.6.2 Boekjaar benadering / 92
5.8.6.3 Van normale belastingplicht naar FBI / 92
5.8.6.4 Van FBI naar normale belastingplicht / 93
5.9 FBI en dividendbelasting / 93
5.9.1 Inleidende opmerkingen / 93
5.9.2 Afdrachtvermindering / 94
5.9.3 Geen dividendbelasting over herbeleggingsreserve / 96
5.9.4 Inhoudingsvrijstelling voor specifiek aangewezen beleggingsinstellingen / 97
5.9.4.1 Inleidende opmerkingen / 97
5.9.4.2 Groenfondsen / 97
5.9.4.3 Geblokkeerde spaarvormen / 98
5.9.5 Inkoop van eigen aandelen / 98
5.9.5.1 Inleidende opmerkingen / 98
5.9.5.2 Heffingsgrondslag / 99
5.9.5.3 Inkoop ter tijdelijke belegging / 99
5.10 FBI en verdragsbescherming / 101
5.11 De aandeelhouder in de FBI / 101
5.11.1 Particuliere aandeelhouder zonder aanmerkelijk belang / 101
5.11.2 Particuliere aandeelhouder met een aanmerkelijk belang / 102
5.11.2.1 Binnenlandse particulier met een aanmerkelijk belang / 102
5.11.2.2 Buitenlandse particulier met een aanmerkelijk belang / 102
5.11.3 Aandeelhouder/rechtspersoon / 102
5.11.3.1 Binnenlandse rechtspersonen (belastingplichtig) / 102
5.11.3.2 Binnenlandse rechtspersonen (vrijgesteld) / 103
5.11.3.3 Buitenlandse rechtspersonen (belastingplichtig) / 103
5.11.3.4 Buitenlandse rechtspersonen (vrijgesteld) / 104
5.11.4 Schematisch overzicht belastingheffing bij aandeelhouders FBI / 105
5.12 Fiscale eenheid (vennootschapsbelasting) / 105
5.12.1 Toegang tot het fiscale eenheid regime / 105
5.12.1.2 Specifieke bepalingen bij een fiscale eenheid van FBI’s / 106
5.12.1.3 De totstandkoming van een fiscale eenheid / 107
5.12.1.4 De verbreking van een fiscale eenheid / 107
HOOFDSTUK 6
Normale belastingplicht met deelnemingsvrijstelling / 109
6.1 Inleidende opmerkingen / 109
6.2 Hoofdlijn wettelijke systematiek / 109
6.3 Nadere toelichting toetsingskader deelnemingsvrijstelling / 111
6.3.1 Toets 1 Onderworpenheid aandeelhouder (het subject) / 111
6.3.2 Toets 2 Rechtsvorm en kwantitatieve criteria deelneming (het object) / 111
6.3.3 Toets 3 Beleggingsoogmerk / 111
6.3.4 Toets 4 Fictieve beleggingsdeelnemingen / 112
6.3.4.1 Tussengeschakelde houdsters / 112
6.3.4.2 Groepsfinancieringsmaatschappijen e.d. / 112
6.3.5 Toets 5 Onderworpenheidtest (kwalificerende beleggingsdeelneming) / 113
6.3.6 Toets 6 De bezittingentest (kwalificerende beleggingsdeelneming) / 113
6.4 Vastgoeddeelneming / 114
6.5 Participatiemaatschappijen / 115
HOOFDSTUK 7
Keuzebepalende factoren / 117
7.1 Inleiding / 117
7.2 Activiteiten / 117
7.3 De aard van de beleggingen / 118
7.4 Dividendbelasting / 119
7.5 Bronbelasting / 119
7.6 Financiering / 120
7.7 Doelgroep / 121
7.7.1 Inleidende opmerkingen / 121
7.7.2 Particulieren zonder een aanmerkelijk belang / 121
7.7.3 Particulieren met een aanmerkelijk belang / 121
7.7.4 Belastingplichtige institutionele beleggers / 121
7.7.5 Fiscaal vrijgestelde institutionele beleggers / 122
7.7.6 Beperkt aantal beleggers / 122
7.7.7 Het brede publiek / 122
7.7.8 Professionaliteit van de beleggers / 123
7.8 Gegevensverstrekking / 123
7.9 De keuze / 123
HOOFDSTUK 8
Gegevensuitwisseling / 125
8.1 Inleiding / 125
8.2 Renseignering onder de AWR / 126
8.3 Renseignering onder de WIB / 126
8.3.1 Inleiding / 126
8.3.2 Wie moet renseigneren? / 126
8.3.3 Te renseigneren gegevens en inlichtingen / 127
8.4 Foreign Account Tax Compliance Act (FATCA) / 128
HOOFDSTUK 9
Diverse onderwerpen / 131
9.1 Fusie / 131
9.1.1 Aandelenfusie / 131
9.1.2 Bedrijfsfusie / 132
9.1.3 Juridische fusie / 132
9.2 Splitsing / 133
9.3 Liquidatie / 133
9.4 Overdrachtsbelasting / 134
9.5 Omzetbelasting / 135
9.6 Regeerakkoord 2017-2021 / 136
9.6.1 Inleidende opmerkingen / 136
9.6.2 Verbod op directe belegging in vastgoed / 137
9.6.2.1 Van nultarief naar statutair tarief / 137
9.6.2.2 Verplichte herwaardering beleggingen voorafgaand aan statusverlies / 137
9.6.2.3 Mogelijke verbreking fiscale eenheid / 137
9.6.2.4 Mogelijke impact op buitenlandse beleggingsdochters / 138
9.6.2.5 Impact op aandeelhoudersniveau / 138
9.6.2.6 Overkill / 138
9.6.2.7 Suggesties / 139
9.6.3 Afschaffing dividendbelasting / 139
9.6.3.1 Beperkte voordelige impact voor de meeste fiscale beleggingsinstellingen / 139
9.6.3.2 Nadelige impact vanwege niet te verrekenen buitenlandse bronbelasting / 139
9.6.3.3 Mogelijke impact op verdragstoepassing / 139
9.6.4 Concluderend / 140
Bijlagen
Bijlage I Voorbeeld berekening uitdelingsverplichting fiscale beleggingsinstelling / 141
Bijlage II Beslissingsmatrix / 145
Bijlage III.A Rendementsvergelijking box 3 – box 2 (laag rendement) / 147
Bijlage III.B Rendementsvergelijking box 2 – box 3 (hoog rendement) / 149
Teksten
Artikel 6a, Wet op de vennootschapsbelasting 1969 / 151
Artikel 28, Wet op de vennootschapsbelasting 1969 / 153
Besluit beleggingsinstellingen / 157
Besluit van 10 maart 2008, nr. CPP2008/291M, Stcrt. nr. 49 / 161
Besluit van 18 februari 2014, nr. BLKB 2014/15M, Stcrt. nr. 5544, zoals gewijzigd op 11 januari 2016, nr. BLKB 2016/99M, Stcrt. 2016, nr. 3578 / 165
Trefwoordenregister / 179
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan