Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Column

Morele verontwaardiging om jezelf beter te voelen

Niet zozeer het herstellen van een onrechtvaardigheid, maar het bevestigen van de status van Heel Goed Persoon is het motief van iemands morele verontwaardiging. Dat suggereert een recent onderzoek.

Ger Post | 30 maart 2017 | 2-3 minuten leestijd

Toen er berichten naar buiten kwamen dat in de fabrieken van Apple mensen onder dwang in de meest verschrikkelijke omstandigheden werkten, waren mensen woedend op Apple. De morele verontwaardiging wordt vaak namens een slachtoffer verwoord – de uitgebuite fabrieksarbeider – en richt zich vaak op een derde partij die een morele standaard van rechtvaardigheid of eerlijkheid schendt. Vandaar dat morele verontwaardiging vaak wordt gezien als een sociale emotie om rechtvaardigheid te herstellen door het voor het slachtoffer op te nemen.

Maar is deze morele verontwaardiging wel zo altruïstisch? In het voorbeeld van Apple kun je daar vraagtekens bij zetten: veel verontwaardiging werd geuit via apparaten die hadden bijgedragen aan de slechte omstandigheden van de slachtoffers. En in de jaren na het schandaal liep de handel in Apple-producten uitstekend: de verkoop van de iPhone brak zelfs records.

Dit soort ‘morele hypocrisie’ deed onderzoekers Zachary Rothschild en Lucas Keefer vermoeden dat niet zozeer het herstellen van een onrechtvaardigheid het doel is van morele verontwaardiging, maar het bevestigen van iemands status als Heel Goed Persoon. Ze redeneren als volgt: een schuldgevoel – over die verrekte iPhone of Mac – kan een aanval betekenen op iemands morele status. De meest logische methode om iets aan dat schuldgevoel te doen – geen Apple-producten meer kopen – blijkt niet de makkelijkste en meest gebruikte strategie. Hier biedt morele verontwaardiging uitkomst: door verontwaardigd te reageren namens de slachtoffers en tegen een derde partij – Apple – kan het persoonlijk schuldgevoel worden gesust en de status van Heel Goed persoon worden bevestigd.

Om hun theorie te testen, zetten ze verschillende experimenten op. Zo lazen deelnemers in een experiment over arbeidsuitbuiting in sweatshops, waarop ze werd gevraagd in hoeverre ze zich identificeerden met dagelijks consumentengedrag dat bijdraagt aan deze sweatshops, in hoeverre ze zich kwaad voelden ten opzichte van internationale organisaties die dit uitbuitende systeem in stand houden en in hoeverre ze deze organisaties wilden straffen. Hoe schuldiger iemand zich voelde over de eigen medeplichtigheid, des te groter iemands morele verontwaardiging en des te groter de wens om een derde partij te bestraffen.

De mogelijkheid om de verontwaardiging te ventileren op een derde partij, bleek cruciaal. In een ander experiment kregen Amerikaanse deelnemers te lezen dat Amerikanen de grootste veroorzakers waren van de door mensen gedreven klimaatverandering. Als ze de kans kregen om hun woede te ventileren tegen hypothetische organisaties die hieraan schuldig waren, dan nam hun schuldgevoel af. Tegelijkertijd zorgde het uiten van morele verontwaardiging tegen de zakelijke boosdoeners ervoor dat deelnemers hun persoonlijke morele karakter hoger waardeerden.

Dat morele verontwaardiging vaak wordt gedreven door het verminderen van een schuldgevoel, betekent volgens de onderzoekers niet dat we morele verontwaardiging moeten vermijden. Het kan mensen namelijk ook aanzetten tot sociaal gedrag, stellen Rothschild en Keefer. ‘De verontwaardiging over zakelijke misdrijven kunnen leiden tot een boycot van het bedrijf, waarin iemand de mogelijkheid om een product te kopen opoffert om druk uit te oefenen op het bedrijf om te reorganiseren. Maar wanneer morele verontwaardiging niet gericht is op een positieve sociale verandering maar eerder een persoonlijke morele bevestiging, dan kan op zijn minst de waarde voor betekenisvolle sociale verandering in twijfel worden getrokken.’

Over Ger Post
Ger Post (1981) studeerde journalistiek en cognitieve neurowetenschappen en is nu docent brain and cognitive sciences aan de Universiteit van Amsterdam. Naast handboeken over interdisciplinair onderzoek, schrijft hij als journalist stukken over hersenonderzoek voor De Neuroloog en Managementboek Magazine.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden