Marco de Witte vertelt allereerst dat zijn boek De kunst van veranderen vooral bedoeld is om op een zinvolle manier over veranderingen na te denken. Hoe redeneer je? Welke vragen moet je stellen? Welke dilemma's spelen in bijna elke verandering? Voor de deelnemers aan de slag gaan met de case uit hun eigen praktijk, gaat De Witte in op hoe hij kijkt naar verandering.
Heilige graal
'De zoektocht naar de heilige graal', noemt De Witte veranderkunde. Wat werkt wel, wat werkt niet en waarom? 'Vier vragen zijn altijd aan de orde bij een verandering en in jouw casus komen ze samen', stelt De Witte. Deze vragen zijn: waarom, wat, wie en hoe? Dit klinkt eenvoudig, maar de waarom-vraag wordt niet altijd duidelijk beantwoord, met als gevolg dat niemand in beweging komt.
Dan zijn er ook nog drie dilemma's die altijd spelen, De Witte gaat ze bij langs. Allereerst deel-geheel; onze vragen worden steeds groter, wat het dilemma ook steeds groter maakt. Denk aan organiseren tussen organisaties: wie is verantwoordelijk, ga je het systeem veranderen? De Witte spreekt hier van derde orde-vraagstukken, wat hij later zal toelichten. De andere dilemma's zijn inhoud-betekenis en ratio-emotie. Hoe geef je emoties een plek zonder de ratio tekort te doen? 'Hier lig ik 's nachts wakker van', bekent De Witte.
Ambitie op niveau
Enkele deelnemers presenteren nu hun casus en vertellen over de aanleiding, het probleem en de gedroomde bestemming, de ambitie. De andere deelnemers beoordelen die op hun beurt die presentaties op inhoud en gevoel. 'Ik mis de passie', geeft een van de deelnemers als feedback. 'De ambitie moet energie geven', gaat De Witte hier op door. 'Mensen luisteren op verschillende niveaus naar wat voor hen relevant is, dus je moet je ambitite op meerdere niveaus vertellen om bij iedereen aan te sluiten.' Wat betekent dit voor de maatschappij, het team of voor de professional zelf, om maar enkele niveaus te noemen.
Zoals beloofd gaat De Witte ten slotte nog in op eerste, tweede en derde orde veranderingen. Hierbij spelen veranderdiepte en veranderbreedte een rol. Boven water zitten structuur en technologie, die kun je ontwerpen. Onderwater de medewerkers en cultuur en deze moet je ontwikkelen. 'Structuurdeterministen vinden dat je boven water iets kunt veranderen, zoals IT, en dat het onderwater dan meegaat', ligt De Witte toe. Om meteen te vervolgen met de veranderbreedte. Wie moeten het gedroomde gedrag vertonen? Is dit alleen ik of een team? Dan gaat het over een eerste orde-verandering. 'Dit is bijvoorbeeld meer doen met minder mensen of Lean invoeren.'
Regisseur
Gaat het om een afdeling of hele organisatie? In het geval van het laatste is het een tweede orde-verandering en zal het onderwaterdeel ook meespelen. 'Hiervoor is veel meer veranderkracht nodig en deze verandering gaat niet over een paar maanden maar om een aantal jaren.' De derde orde is tussen organisaties en speelt zowel boven als onderwater. In rap tempo geeft De Witte voorbeelden van deze trajecten: invoering van de WMO, watermanagement, veiligheid in de wijk. 'Wie is hier de regisseur? De wethouder is aansprakelijk, maar gaat er niet over. Voldoende ambitie is hier nóg moeilijker!' Op de valreep geeft De Witte de deelnemers met derde orde-casussen gelukkig nog wat tips mee. 'Een derde orde-probleem moet je groter maken. En krijg écht alle partijen aan tafel.'
Over drie weken rond Jacqueline Jansen de masterclassreeks af onder de titel Zonder gedoe geen verandering.
Nienke van Oeveren is redacteur van managementboeken bij Boekredactie