Hans Hubers laat in zijn boek 'Iedere medewerker strateeg' zien dat het ook anders kan. Hij beschrijft een andere vorm van strategievorming, één waarin medewerkers worden betrokken in het vormen van een (nieuwe) strategie. Het boek pleegt wetenschappelijke theorie op dit vlak te combineren met vier praktijkcasussen, waarbij het voorbeeld van zijn eigen organisatie, de ANWB, uitgebreid beschreven wordt. Als je het mij vraagt een mooi thema. Ik herken het van de theorie van de deliberatieve democratie, die ervan uitgaat dat wanneer mensen betrokken worden bij beleidsproblematiek er meer draagvlak ontstaat en mensen meer begrip krijgen voor een situatie. Binnen een bedrijf zou dit ook moeten werken.
Voor Hubers gaat hetzelfde op. Hij beschrijft dat wanneer medewerkers meedoen aan strategievorming, dit hun betrokkenheid vergroot, zorgt voor uitwisseling van kennis, en meer draagvlak creëert. Vaak levert dit een meer doordachte en sneller te implementeren strategie op. Daarnaast, zo schrijft hij, medewerkers willen ook meedoen. Het boek beschrijft helder en handzaam hoe je als bedrijf een strategieproces met deelname van medewerkers kan organiseren. In verschillende hoofdstukken neemt Hubers je als lezer mee in de verschillende facetten van een dergelijk proces. Daarnaast beschrijft hij de verschillende rollen die er bestaan; zowel die van het topmanagement als middenmanagers en de medewerkers zelf. Ook benoemt hij de rol van procesbegeleiders, onmisbaar in een groot traject als deze. Wie dit boek leest krijgt daardoor een vrij duidelijk beeld van hoe je een strategieproces met medewerkers kunt opzetten. Een wat minder belicht aspect is hoe je ervoor zorgt dat de inhoud daadwerkelijk tot stand komt, en hoe het proces ook echt gaat werken. Door de helder uiteen gezette stappen lijkt het goed op te zetten, terwijl een gedragen strategie voor alle lagen in een organisatie toch heel ingewikkeld is. Het is niet makkelijk om binnen een organisatie, en binnen de heersende opvattingen van veel topmanagers, medewerkers te betrekken bij strategievorming. Het is ook niet makkelijk om iets abstracts en ingewikkelds als een langetermijnstrategie met medewerkers te overzien. Als lezer vroeg ik mij dan ook af hoe dit nu in de praktijk zou werken. In de voorbeelden uit de praktijkcasussen zie je ook terug dat de praktijk behoorlijk weerbarstig is, en dat het topmanagement toch altijd heel veel invloed houdt. Dit zorgt ervoor dat het mooie plaatje waarin 'iedere medewerker strateeg' is, een gevoel van utopie behoudt. Het boek benoemt dit ook door een aantal valkuilen aan te geven, maar had wat mij betreft wat uitvoeriger op dit dilemma in mogen gaan. Het blijft vrij abstract. Al met al geeft dit boek zeer helder weer hoe je een strategieproces op kan zetten, en het is praktisch en vlot te lezen. Aan de andere kant mist het enigszins naar mijn smaak de diepgang die dit thema verdient. Desalniettemin is het een fijn en nuttig boek, wat smaakt naar meer strategievorming mét in plaats van vóór medewerkers.