Natuurlijk is het zo dat je het als manager in veel gevallen voor een individu niet altijd goed kan en zal doen, maar dat is een wat te gemakkelijke uitleg voor kritiek op managers. Met zijn omschrijving van 41 managementstijlen laat Bart Groothuis duidelijk zien wat het gedrag en houding van managers voor impact kan hebben op een organisatie en de individuele medewerker.
Het leken bij het doorlezen van de inhoudsopgaven wel een aantal stereotype beschrijvingen van de soorten managers. Na het lezen van het boek vond ik de meeste van de 41 beschreven soorten managers wel een treffende beeltenis en beschrijving geven van wat Groothuis wil overbrengen. Door middel van kleine casussen van ‘werkelijke’ gebeurtenissen zet de schrijver de situatie treffend weg. Vervolgens komen er bij elke casus een drietal vragen aan de orde: wat gebeurt hier? wat doet dit met de medewerkers? en tot slot wat is er aan te doen? Met deze behandeling wordt op een korte, eenvoudige en ook treffende wijze een beeld weggezet van het type manager en de impact die zijn of haar gedrag heeft op de organisatie.
De meerwaarde van het beschrijven van het gedrag van de manager en de impact die dit heeft op de medewerkers is dat het op een eenvoudige wijze weergeeft wat het resultaat hiervan is én wat hier – relatief eenvoudig – aan te doen is vanuit het perspectief van de manager en ook de medewerker. Deze laatste analyse kent op een aantal onderdelen een beperkte diepgang. Vermoedelijk veroorzaakt doordat een veelheid aan ‘typen’ managers is beschreven. Daarnaast zijn er natuurlijk tal van andere managementboeken die meer op de gedragingen en valkuilen van type gedragingen in gaan. Bijvoorbeeld beschrijvingen rondom kernkwaliteiten en eneagrammen.
Het boek beschrijft de ‘foute’ typen managers. In de praktijk zal het zo zijn dat een individuele manager meerdere stijlen en gedragingen zal combineren of dat er sprake is van een bepaalde voorkeursstijl. Het toepassen van deze voorkeursstijl zal ook vaak afhankelijk zijn van de gemoedstoestand van een manager. Nu de we de ‘foute’ typen managers en hun stijlen kennen is het ook wel wenselijk om te weten wat medewerkers waarderen aan een ‘goede’ manager. Groothuis heeft hier onderzoek naar gedaan door deze vraag te stellen aan een groot aantal geïnterviewden. De antwoorden die hierop kwamen hebben vaak niets te maken met het zakelijke en professionele gedrag van een manager, bijvoorbeeld visie ontwikkelen, inspireren, doorzettingsvermogen, etc. maar hebben te maken met de interpersoonlijke eigenschappen in de dynamiek tussen manager en medewerker(s). Voorbeelden van dergelijke interpersoonlijke eigenschappen zijn: vertrouwen geven, respectvol zijn, waardering geven, complimenteus zijn, onbaatzuchtig zijn, veiligheid geven en zo nog een aantal zaken.
Meerwaarde van het boek is naar mijn mening dat je als manager en medewerker het foute gedrag herkent en wellicht nog belangrijker – vanuit de manager – erkent en vanuit de medewerker bespreekbaar maakt. Sluitstuk is om hier met elkaar het gesprek over aan te gaan en met elkaar te werken aan verbetering en oplossing van het ervaren disfunctionele gedrag. Want het laten voortbestaan van een ‘foute’ stijl heeft grote impact op samenwerking en individuele medewerker. Bovendien kan het gedrag worden gekopieerd, met alle nadelige gevolgen van dien.
Over Frank van Kuijck
Frank van Kuijck is een onafhankelijk en zelfstandig professional in toezicht en advisering binnen de publieke sector. Hij is oprichter en eigenaar van het adviesbureau Toetssteen BV. Daarnaast is hij associate partner bij TransitiePartners. Hij heeft een achtergrond als Partner in de audit en adviespraktijk bij Deloitte en is docent Auditing aan de UVT Tilburg.