De quasi-bestuurder in het rechtspersonenrecht
Gebonden Nederlands 2022 1e druk 9789013166545Samenvatting
Dit proefschrift geeft een diepgaand en actueel overzicht van de wet- en regelgeving die op het fenomeen quasi-bestuurder van toepassing is. De auteur bestudeert de relatie van feitelijke bestuurders en schaduwbestuurders met het Nederlandse rechtspersonenrecht en het Nederlands Caribische rechtspersonenrecht, zowel theoretisch als vanuit de praktijk. Moet de hoge drempel voor aansprakelijkheid die voor statutaire bestuurders geldt ook gehanteerd worden voor alle soorten quasi- bestuurders? Deze hoofdvraag en andere vragen worden in dit proefschrift aan de hand van een analyse van relevante rechtsbeginselen beantwoord.
De quasi-bestuurder in het rechtspersonenrecht voorziet in een actueel en compleet overzicht van de wet- en regelgeving die op het fenomeen quasi-bestuurder van toepassing is. Het is de enige titel die de relatie van feitelijke bestuurders en schaduwbestuurders met het Nederlandse rechtspersonenrecht en het Nederlands Caribische rechtspersonenrecht bespreekt. De auteur analyseert bovendien de quasi-bestuurder vanuit verschillende perspectieven. Hierbij wordt aandacht besteed aan de gronden voor de wettelijke gelijkstelling, de reikwijdte van de interne gedragsnorm voor bestuurders, de rol van de zorgplicht en het beginsel van collegiale verantwoordelijkheid.
Naast theoretische beschouwingen over de aansprakelijkheid en verplichtingen van feitelijke bestuurders en schaduwbestuurders, bevat het proefschrift veel handvatten voor de praktijk. De titel is daarom niet alleen voor de rechtswetenschap van belang, maar ook voor rechters, advocaten en bedrijfsjuristen die in hun praktijk met het fenomeen quasi-bestuurder worden geconfronteerd.
Dit proefschrift sluit aan op de in 2021 gewijzigde wetgeving in Nederland en Curaçao en is hierdoor niet alleen zeer diepgaand, maar ook actueel te noemen. Naast een inhoudelijke behandeling van het fenomeen quasi-bestuurder bevat de titel ook belangwekkende reflecties van methodologische aard. Dit unieke perspectief helpt de lezer om inzicht te krijgen in de uitdagingen van een onderzoeker en hoe je op een verstandige wijze met deze uitdagingen om kan gaan.
De quasi-bestuurder in het rechtspersonenrecht is niet alleen van grote waarde voor de rechtswetenschap, maar ook voor rechters, advocaten en bedrijfsjuristen. In het bijzonder in relatie tot het leerstuk bestuurdersaansprakelijkheid.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
Verkorte inhoudsopgave IX
Lijst van gebruikte afkortingen XV
1. Verantwoording 1
1.1 Inleiding 1
1.2 Vraagstelling 5
1.3 Afbakening 10
1.4 Methode en criteria 12
1.5 Hulpmiddel bij het lezen 24
2. Besturen en bestuurdersaansprakelijkheid – de stand van zaken 29
2.1 Inleiding 29
2.2 Beknopte historische inleiding 30
2.3 Het orgaan bestuur 33
2.4 De bestuurstaak 37
2.5 Verplichtingen die op het bestuur rusten 43
2.6 Bestuurdersaansprakelijkheid 45
2.6.1 Inleiding 45
2.6.2 De interne aansprakelijkheid 50
2.6.3 De aansprakelijkheid ingeval van faillissement 51
2.6.4 De aansprakelijkheid jegens derden uit onrechtmatige daad 54
2.7 Afrondend 59
3. De quasi-bestuurder: een eerste verkenning 61
3.1 Inleiding 61
3.2 De quasi-bestuurder in Boek 2 BW 62
3.2.1 De quasi-bestuurder van de failliet verklaarde rechtspersoon 63
3.2.2 De bijzondere gevallen bij de BV 67
3.2.3 Tijdelijk opgedragen bestuurstaken 69
3.2.4 Bestuursverplichtingen die rusten op de quasi-bestuurder 70
3.3 De quasi-bestuurder in de literatuur 71
3.4 De quasi-bestuurder in de rechtspraak 75
3.4.1 Statutaire of feitelijke bestuurder? 75
3.4.2 Kantoordirecteur/leidinggevende 77
3.4.3 Titulair financieel directeur 80
3.4.4 Managementovereenkomst 81
3.4.5 Algemeen directeur 82
3.4.6 Algemene volmacht 82
3.4.7 Accountant 84
3.4.8 Grootaandeelhouder 85
3.4.9 Adviseur 87
3.4.10 Managementteam 89
3.5 Categorieën quasi-bestuurders 91
3.5.1 Inleiding 91
3.5.2 Begripsbepaling 92
3.5.3 De feitelijke bestuurder 94
3.5.4 De feitelijke schaduwbestuurder 95
3.5.5 De formele schaduwbestuurder 96
3.5.6 De titulaire quasi-bestuurder 99
3.6 Het recht van Curaçao 99
3.6.1 Inleiding 99
3.6.2 De quasi-bestuurder van de failliet verklaarde rechtspersoon 100
3.6.3 Specifieke regelingen bij de NV en BV 102
3.6.4 De aansprakelijkheid van de quasi-bestuurder buiten faillissement 102
3.6.5 Verplichtingen van quasi-bestuurders 102
4. De quasi-bestuurder onderzocht vanuit (de beginselen van) het rechtssysteem 105
4.1 Inleiding 105
4.2 Beginselen of uitgangspunten 107
4.2.1 Inleiding 107
4.2.2 Het Romeinse recht als vertrekpunt 111
4.2.3 De beginselen in relatie tot formele bestuurders 119
4.3 Gronden voor gelijkstelling 121
4.4 De interne gedragsnorm 123
4.5 De interne norm ook extern maken? 127
4.6 De zorgplicht: conceptueel 133
4.7 De zorgplicht en de quasi-bestuurder 138
4.7.1 De feitelijke bestuurder te goeder trouw 140
4.7.2 De feitelijke bestuurder niet te goeder trouw 140
4.7.3 De formele schaduwbestuurder te goeder trouw 141
4.7.4 De formele schaduwbestuurder niet te goeder trouw 141
4.7.5 De feitelijke schaduwbestuurder 142
4.7.6 De titulaire quasi-bestuurder 143
4.7.7 Concernrecht 144
4.7.8 Een relativering 150
4.8 Collegiale verantwoordelijkheid als rechtvaardiging voor hoofdelijke aansprakelijkheid 151
4.9 De hoge drempel voor aansprakelijkheid 156
4.10 De quasi-bestuurder en toerekening van kennis en handelingen 157
4.11 Verplichtingen van quasi-bestuurders 161
4.11.1 De feitelijke bestuurder te goeder trouw 162
4.11.2 De feitelijke bestuurder niet te goeder trouw 163
4.11.3 De titulaire quasi-bestuurder 164
4.11.4 De feitelijke schaduwbestuurder 165
4.11.5 De formele schaduwbestuurder 166
4.12 Instructiemacht en instructiebevoegdheid 167
4.13 Zaakwaarneming 169
4.14 Mijn benadering van het fenomeen quasi-bestuurder 175
5. Analyse van enkele afzonderlijke onderwerpen 185
5.1 Inleiding 185
5.2 Het Executive Committee 186
5.3 Een informele bestuursstructuur 190
5.4 De quasi-bestuurder en wanbeleid 196
5.5 Trustkantoren en quasi-bestuurders 199
5.6 De rechtspersoon als quasi-bestuurder 202
5.7 Bestuursverbod 204
5.7.1 Het bestuursverbod in Nederland 204
5.7.2 Het bestuursverbod en de quasi-bestuurder 205
5.7.3 Het bestuursverbod in Curaçao 207
5.8 De Staat, het Land en de Minister als quasi-bestuurder 208
5.9 Enkele aspecten van procedures tegen quasi-bestuurders 212
5.9.1 De bevoegde rechter 212
5.9.2 Incorporatiestelsel 216
5.9.3 Hindsight bias 220
5.10 Jaarrekening en decharge 224
6. Synthese: waartoe leidt het onderzoek? 227
6.1 Inleiding 227
6.2 Beginselen – prelude 230
6.3 Grondslag voor de wettelijke gelijkstelling 232
6.4 Formele en quasi-bestuurder materieel gelijk? 235
6.5 Uitwerking van enkele centrale thema’s 237
6.5.1 De interne gedragsnorm 238
6.5.2 Zorgplicht 239
6.5.3 Het collegialiteitsbeginsel 240
6.5.4 Bestuursverplichtingen 242
6.5.5 De hoge drempel voor aansprakelijkheid 245
6.6 Normschending en onrechtmatigheid 246
6.7 De theorie omgezet in wetsbepalingen 249
6.7.1 Ruim begrip bestuur? 249
6.7.2 Aanpassing regeling quasi-bestuurder in de wet? 251
6.8 Het onderzoek is waarde-betrokken 255
Samenvatting 257
Summary 273
Rechtspraakregister 291
Literatuurlijst 297
Curriculum vitae 315
Woord achteraf 317
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan