

Jac Besuijen werkt al jarenlang in het vakgebied financiële markten en risk management.
Meer over de auteursHandboek Financiële Markten
Deelmarkten, producten, spelers en risico's
Paperback Nederlands 2011 2e druk 9789055162826Samenvatting
Risico’s ombuigen naar tactische kansen? Deze tweede editie van hét handboek voor de financieel professional biedt u een goed beeld van het instrumentarium dat financiële instellingen daarbij ter beschikking staat. In vijf delen, aan de hand van ruim zeventig figuren, negentig voorbeelden en de belangrijkste formules plus uitwerkingen.
Zo krijgt u nóg meer inzicht in alle aspecten van de financiële markten. Van ‘funded’ instrumenten als aandelen, obligaties, depostio’s en securisaties, tot ‘unfunded’ instrumenten als opties, futures, forwards en rente-, valuta-, en kredietswaps. Uiteraard bespreekt het handboek ook de rol van de internationale toezichthouders. Dankzij een uitgebreid register is het boek uitstekend bruikbaar in de praktijk en kan het dienst doen als handig naslagwerk bij tal van opleidingen.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
U kunt van deze inhoudsopgave een PDF downloaden
Deel A: Introductie financiële markten 25
Hoofdstuk 1. Financiële markten, producten en marktpartijen 27
1.1 De geldmarkt 27
1.2 De kapitaalmarkt 27
1.2.1 De kapitaalmarkt vastrentende waarden 28
1.2.2 De kapitaalmarkt aandelen 28
1.3 De valutamarkt 28
1.4 Soorten producten 29
1.5 Handelsplaatsen voor financiële producten 29
1.5.1 Effectenbeurzen 29
1.5.2 De over-the-countermarkt 30
1.6 Marktpartijen 30
1.6.1 Aanbieders en/of vragers van vermogen 31
1.6.1.1 Particulieren 32
1.6.1.2 Overheden 32
1.6.1.3 Ondernemingen 33
1.6.1.4 Banken 33
1.6.1.5 Institutionele beleggers 33
1.6.1.6 Vermogensbeheerders 33
1.6.1.7 Beleggingsmaatschappijen 33
1.6.2 Businessmodel van financiële instellingen 34
1.6.3 Wft-status van marktpartijen 35
1.6.3.1 Professionele partijen 35
1.6.3.2 Niet-professionele partijen 35
Hoofdstuk 2. De economie 37
2.1 Economische groei 38
2.1.1 Vraag naar producten 38
2.1.1.2 Particuliere consumptie 39
2.1.1.2 Investeringen private sector 39
2.1.1.3 Overheidsconsumptie en -investeringen 40
2.1.1.4 Export en import 40
2.1.2 Productiecapaciteit 41
2.1.3 Conjunctuur 42
2.1.3.1 Opleving en hoogconjunctuur 42
2.1.3.2 Recessie en depressie 42
2.2 Overige macro-economische indicatoren 43
2.2.1 Leading, lagging en coincident indicators 44
2.2.2 Vertrouwensindicator: het consumentenvertrouwen 45
2.2.3 Economische indicator: consumptie 47
2.2.4 Arbeidsmarktindicator: uitzenduren 48
2.3 De overheidsfinanciën 48
2.3.1 Overheidsinvesteringen en economische groei 49
2.3.2 Begrotingstekort 50
2.3.3 Staatsschuld 51
2.4 Inflatie 53
2.4.1 Bestedingsinflatie 53
2.4.2 Kostengestuurde inflatie 54
2.4.3 Inflatie en rente 55
2.5 Wisselkoersen 56
2.5.1 Macro-economische ontwikkelingen beïnvloeden wisselkoersen 56
2.5.2 Speculaties in wisselkoersen beïnvloeden macroeconomische ontwikkelingen 57
2.6 Economische gevolgen 57
2.6.1 Gevolgen economische groei 57
2.6.2 Economische gevolgen van inflatie en deflatie 59
2.6.3 Gevolgen inflatie voor de financiële markten 60
Hoofdstuk 3. Prijsvorming op de financiële markten 63
3.1 Macro-economische ontwikkelingen 63
3.1.1 Koersen lopen vooruit op economische werkelijkheid 64
3.1.2 Koersen in Nederland volgen koersen in buitenland 65
3.1.3 Nervositeit geeft beweeglijkheid 66
3.2 Resultaten van individuele ondernemingen 66
3.3 Externe factoren 67
3.4 Gedrag van toezichthoudende instanties 68
3.5 Psychologische factoren 69
Deel B:Financiële markten: de deelmarkten 71
Hoofdstuk 4. De geldmarkt 73
4.1 De geldmarktrente 73
4.2 Spelers geldmarkt 76
4.2.1 Banken 76
4.2.2 Overheden en centrale banken 77
4.2.3 Ondernemingen en institutionele beleggers 78
4.2.4 Makelaars 78
4.3 Producten geldmarkt 78
4.3.1 Deposito’s 79
4.3.2 Geldmarktpapier – commercial paper 81
4.3.2.1 Uitgifte van commercial paper 81
4.3.2.2 Rentevergoeding bij commercial paper 84
Hoofdstuk 5. Het monetair beleid van de Europese Centrale Bank 87
5.1 Organisatie en taken Europese Centrale Bank 87
5.1.1 Monetaire analyse: groei geldhoeveelheid 88
5.1.2 Economische analyse 89
5.2 Werking monetair beleid ECB 89
5.2.1 Reserveverplichtingen 90
5.2.2 De openmarkttransacties 91
5.2.2.1 Basisherfinancieringstransacties 91
5.2.2.2 Langerlopende herfinancieringstransacties 91
5.2.2.3 Fine-tuningtransacties 91
5.2.3 Permanente faciliteiten 92
5.2.3.1 Marginale beleningsfaciliteit 92
5.2.3.2 Depositofaciliteit 92
5.3 De relatie tussen officiële tarieven en marktrente 92
5.4 Geld lenen bij de Europese Centrale Bank 94
5.4.1 Single List of Collateral 95
5.5 De onconventionele monetaire beleidsmaatregelen van het Eurosysteem tijdens de financiële crisis 95
5.5.1 Liquiditeitsmaatregelen 96
5.5.1.1 Twee doelstellingen van het liquiditeitsbeleid 96
5.5.1.2 Liquiditeitsmanagement 97
5.5.1.3 Speciale liquiditeitsmaatregelen 97
5.5.2 Opkoopprogramma’s van het Eurosysteem 105
5.5.3 Uitfasering onconventionele monetaire beleidsmaatregelen 107
Hoofdstuk 6. De valutamarkten 109
6.1 De wisselkoers: notatiewijze 110
6.2 Spelers op de valutamarkt 111
6.2.1 Banken 111
6.2.2 Ondernemingen 111
6.2.3 Beleggers 112
6.2.4 Centrale banken 112
6.2.5 Hedgefondsen als speculanten 113
6.3 Wisselkoerssystemen 114
6.3.1 Flexibele wisselkoersen 115
6.3.2 Vaste wisselkoersen 116
6.3.3 Invloed van veranderingen in wisselkoers 117
6.4 De handel 117
6.4.1 Het stellen van koersen op de valutamarkt 118
6.4.2 De valutadatum 118
6.5 Non-Deliverable Forwards 120
6.5.1 Transacties afsluiten in NDF’s 120
Hoofdstuk 7. De kapitaalmarkt voor vastrentende waarden –algemene kenmerken 123
7.1 Uitgifte 123
7.1.1 Uitgifte via de beurs 124
7.1.2 Onderhandse plaatsing (over-the-counter) 124
7.1.3 Leningprogramma’s – Medium Term Notes 125
7.2 Uitgevende instellingen 126
7.2.1 Overheden 126
7.2.2 Ondernemingen 126
7.2.3 Banken 127
7.2.4 Special purpose vehicles 127
7.3 De nominale waarde en de aflossing van een obligatie 127
7.3.1 Bulletlening 128
7.3.2 Leningen met aflossingsschema 128
7.3.3 Perpetuele leningen 129
7.3.4 Vervroegd aflosbare leningen 129
7.3.5 Achterstelling 130
7.4 De couponrente van een obligatie 130
7.4.1 Vastrentende obligaties 130
7.4.2 Floating rate notes 131
7.4.3 Zerocoupon 131
7.4.4 Payment-In-Kind (PIK) 131
7.4.5 Het algemene niveau van de kapitaalmarktrente 132
7.4.6 De looptijd van de obligatie 133
7.4.7 De kredietwaardigheid van de uitgevende instelling (creditrating) 133
7.5 Koersen van obligaties 137
7.5.1 Clean en dirty price 137
7.6 Effectief rendement 138
7.7 Liquiditeiten 140
7.7.1 Redenen om te beleggen in liquiditeiten 140
7.7.1.1 Beperkt risico 141
7.7.1.2 Risicospreiding 141
7.7.1.3 Buffer voor tijdelijke tegenvallers 141
7.7.1.4 Timing 141
Hoofdstuk 8. De kapitaalmarkt voor vastrentende waarden –prijsvorming 143
8.1 Effectief rendement 143
8.2 Contante waarde 144
8.3 Berekenen van de koers bij een gegeven effectief rendement 145
8.4 Berekenen van het effectief rendement bij een gegeven koers 147
8.5 Duration 148
8.6 Modified duration en convexiteit 150
8.6.1 Convexiteit 151
Hoofdstuk 9. De kapitaalmarkt voor vastrentende waarden –securitisatie 153
9.1 Securitisatie versus lenen tegen onderpand 153
9.2 Het proces van securitiseren 155
9.2.1 De hoofdrolspelers 155
9.3 De door de SPV uitgegeven obligaties 160
9.4 De onderliggende activa 163
9.4.1 Geschiktheid van activa 163
9.4.2 Eigenaar van de onderliggende activa 164
9.5 Waarom securitiseren? 165
9.6 De kredietcrisis 166
Hoofdstuk 10. De aandelenmarkt 169
10.1 Kenmerken van aandelen 170
10.1.1 Looptijd 170
10.1.2 Nominale waarde 170
10.2 Soorten aandelenkapitaal 171
10.2.1 Maatschappelijk aandelenkapitaal 171
10.2.2 Geplaatst aandelenkapitaal 172
10.3 Juridische ondernemingsvormen en zeggenschap 172
10.3.1 Naamloze vennootschap 173
10.3.2 Besloten vennootschap 173
10.3.3 Zeggenschap in vennootschappen 173
10.4 De bevoegdheden van aandeelhouders 174
10.4.1 Wijziging statuten 174
10.4.2 Uitgifte van aandelen 174
10.4.3 Enquêterecht 174
10.4.4 Benoemen en ontslaan van de directie 175
10.4.5 Vaststellen en goedkeuren van de jaarrekening 175
10.4.6 Benoemen en ontslaan leden van raad van commissarissen 175
10.4.7 De bevoegdheden van de raad van commissarissen 175
10.5 Corporate Governance 176
10.6 Dividend 177
10.6.1 Contant dividend 178
10.6.2 Stockdividend 178
10.6.3 Keuzedividend 179
10.6.4 Bonusdividend 179
10.7 Bijzondere vormen van aandelen 180
10.7.1 Certificaten van aandelen 180
10.7.1.1 Vergroten verhandelbaarheid 180
10.7.1.2 Verhandelbaar maken van aandelen op naam 181
10.7.1.3 Buitenlandse aandelen 181
10.7.2 Preferente aandelen 181
10.7.2.1 Preferentie met betrekking tot dividend 182
10.7.2.2 Preferentie met betrekking tot liquidatie 182
10.7.3 Prioriteitsaandelen 182
Hoofdstuk 11. Koersvorming van aandelen 185
11.1 Het algemene beursklimaat 185
11.2 Macro-economische ontwikkelingen 186
11.3 Internationale ontwikkelingen 186
11.4 Specifieke factoren bij de uitgevende instelling 187
11.5 Aandelenindices op NYSE Euronext 187
11.6 Modellen bij aandelenwaardering 188
11.7 Kengetallen gebaseerd op beursgegevens en bedrijfseconomische cijfers 189
11.7.1 Winst per aandeel 190
11.7.2 Koers-winstverhouding 191
11.7.3 Koers-cashflowverhouding 191
11.7.4 EV/EBITDA en dividendrendement 192
11.7.5 Pay-out ratio 194
11.7.6 Price/bookratio 194
11.8 Intrinsieke waarde (e.v.) 196
11.8.1 Modellen die de theoretische waarde berekenen 197
11.8.1.1 Intrinsiekewaardemethode 197
11.8.1.2 Dividenddiscountmodel 198
Deel C: Derivaten en gestructureerde producten 205
Hoofdstuk 12. Inleiding derivaten 207
12.1 Wat zijn derivaten? 207
12.2 Waarom zijn er derivaten? 208
12.3 Welke risico’s zijn er verbonden aan derivaten? 208
12.4 Hoe vindt handel in derivaten plaats? 209
Hoofdstuk 13. Kenmerken van opties 211
13.1 Het optiecontract 211
13.2 Callopties en putopties 212
13.3 De onderliggende waarde van de optie 212
13.4 Beursgenoteerde opties en OTC-opties 213
13.5 Gestandaardiseerde voorwaarden van beursgenoteerde opties 214
13.5.1 Handelseenheid en noteringseenheid 214
13.5.2 Looptijd en uitoefenprijs 215
13.6 De optiepremie 216
13.6.1 Intrinsieke waarde van de optie 217
13.6.1.1 In-the-money (itm ) 217
13.6.1.2 At-the-money (atm ) 217
13.6.1.3 Out-of-the-money (otm ) 218
13.6.2 Tijd- en verwachtingswaarde 219
13.7 Terminologie bij optietransacties 220
13.7.1 Optiepositie 220
13.7.2 Openen optiepositie 220
13.7.3 Sluiten optiepositie 221
13.7.4 Uitoefenen opties 222
13.7.5 Laten aflopen opties 222
13.7.6 Doorrollen opties 223
Hoofdstuk 14. Theoretische prijsvorming van opties 225
14.1 Koers van de onderliggende waarde 226
14.1.1 Gevoeligheid van de intrinsieke waarde 227
14.1.2 Gevoeligheid van de verwachtingswaarde 227
14.1.3 Gevoeligheid van de totale optiepremie 227
14.2 De volatility 229
14.3 De resterende looptijd 230
14.4 Rentevoet 231
14.6 Dividend (bij aandelenopties) 232
Hoofdstuk 15. Future Rate Agreements 235
15.1 Productkenmerken 235
15.1.1 Terminologie 237
15.1.2 Belangrijke data 238
15.2 Geldstroom bij settlement van een FRA 239
15.3 Handelen in FRA’s 240
15.4 De FRA-contractrente en -forwardrentes 241
Hoofdstuk 16. Futures 243
16.1 Kenmerken van futures 244
16.1.1 Koop – verkoop: cash settlement of fysieke levering? 244
16.1.2 Gestandaardiseerde voorwaarden 245
16.2 De onderliggende waarde 246
16.2.1 Aandelenfutures en aandelenindexfutures 246
16.2.2 Obligatiefutures 247
16.2.3 Geldmarktfutures 248
16.2.4 Valutafutures 250
16.2.5 Commodity futures 250
16.3 Terminologie bij futurestransacties 251
16.3.1 Futurespositie 251
16.3.2 Openen van een futurespositie 251
16.3.3 Sluiten van een futurespositie 252
16.3.4 Settlement 252
16.3.5 Doorrollen 253
16.4 Theoretische prijsvorming van futures 253
16.4.1 Prijsvorming financial futures 254
16.4.2 Prijsvorming commodity futures 255
16.5 Basale futuresstrategieën 255
16.5.1 Hedgen 256
16.5.2 Speculeren 256
16.5.3 Arbitreren 257
Hoofdstuk 17. Renteswaps 259
17.1 Productkenmerken 260
17.2 Redenen voor gebruik van renteswaps 262
17.2.1 Handelen in renteswaps 263
17.2.2 Unwinden/cancellen van renteswaps 263
17.2.3 ‘Re-assignen’ van renteswaps 264
17.2.4 Renterisicomanagement – ondernemingen 265
17.2.5 Renterisicomanagement – banken 266
17.2.6 Renterisicomanagement – institutionele beleggers 267
17.3 Prijsvorming van swaps 269
17.4 EONIA-swaps 271
17.4.1 Hoe werkt een EONIA-swap? 272
17.5 Risico’s verbonden aan renteswaps 273
17.6 Documentatie bij renteswaps 275
Hoofdstuk 18. Valutaswaps 277
18.1 Geldmarktvalutaswaps 277
18.1.1 Productkenmerken 277
18.1.2 Prijsvorming geldmarkt valutaswaps 279
18.1.3 Invloed kredietcrisis op prijsvorming 281
18.1.4 Het afsluiten van transacties 282
18.2 Cross currency interest rate swaps 283
18.2.1 Productkenmerken basisswaps 283
18.2.2 Prijsvorming van basisswaps 285
18.2.2.1 Wijze van quoteren van basisswapprijzen 285
18.2.2.2 Vraag-aanbodfactoren bij prijsvorming van basisswaps 287
18.2.3 Varianten op basisswaps 289
18.2.4 Documentatie bij CCIRS 293
Hoofdstuk 19. Renteopties 295
19.1 Caps 295
19.1.1 Hoogte premie 296
19.1.2 Maximale rentelasten 297
19.1.3 De premie van een cap 298
19.1.4 Rentelasten bij verschillende manieren om met renterisico om te gaan 299
19.2 Floor 301
19.3 Collar 303
19.4 Participating cap 305
19.5 Swaptions 307
19.5.1 De prijs van een swaption 308
19.5.2 Redenen voor het gebruik van swaptions 309
Hoofdstuk 20 Kredietderivaten 311
20.1 Kenmerken van credit default swaps 312
20.1.1 De betaling van de premie 314
20.2 Handel in CDS 314
20.2.1 Naked short trading 316
20.2.2 ‘Big Bang’ 317
20.3 Definities van credit events 318
20.4 Settlement/eindbetaling bij CDS 319
20.4.1 Fysieke settlement bij CDS 319
20.4.2 Cash settlement bij CDS 320
20.5 CDS-Indexcontracten 321
20.5.1 Markt-to-marketbetaling 323
20.5.2 Credit event bij CDS index contracten 324
20.6 Andere kredietderivaten 325
20.6.1 Total Return Swap (TRS) 326
20.6.2 Credit linked note (CLN) 326
Bijlage
Renteberekeningen en zerocouponrente 328
Anderen die dit boek kochten, kochten ook
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan