De kredietcrisis is het gevolg van superkapitalisme: geld met geld maken, hebzucht aangewakkerd door absurde bonusregelingen, totdat de zeepbel uiteen spatte. De maatschappij betaalt de prijs: met belastinggeld worden banken overeind gehouden. De sterk oplopende staatsschuld zal gevoeld worden tot in lengte van jaren. De verantwoordelijken komen weg met riante regelingen en schreeuwen moord en brand dat ze zelf slachtoffer zijn in plaats van dader. De wereld op zijn kop. Jeroen van der Veer, scheidend topman van Shell, zegt in een interview met de Volkskrant: ‘De crisis begint met de bankiers, maar uiteindelijk verliezen andere mensen hun baan. Iedereen heeft wel gevoel voor sociale rechtvaardigheid. Dit staat daar dwars op.’
In het kader van de vrije markt ideologie heeft er in Nederland een grote privatiseringsgolf plaatsgevonden. Onder meer de privatisering van spoorwegen, posterijen, telefonie, gezondheidszorg, en sociale huisvesting. De top van deze sectoren lijkt zich in no time op dezelfde manier te gedragen als de nu zo verguisde bankiers van de kredietcrisis.
En dat heeft ons enkele pittige schandalen opgeleverd: megasalarissen voor de top van tot conglomeraten gefuseerde zorginstellingen en woningcorporaties. Besparingen op de zorg, de handen aan het bed, terwijl de top handelt in kasteeltjes en er megalomane hobby’s op nahoudt, zoals in de affaire Philadelphia. De heren hebben weliswaar ontslag genomen, maar kregen een riante afvloeiingsregeling mee en zijn gevrijwaard van aansprakelijkheid.
De privatiseringsdiscussie is nog niet ten einde. Recent hebben rond de verkoop van Essent en Nuon, verhitte discussies plaatsgevonden. Tegenstanders maken vergelijkingen met systeembanken die nu door de overheid overeind gehouden worden. Energie is dermate cruciaal voor de samenleving dat die niet in buitenlandse handen mag komen. De voorstanders belijden het geloof in de vrije markt, alsof er niets is gebeurd.
In het systeemdenken is de balans tussen geven en nemen een belangrijk principe. Als die balans in evenwicht is dan functioneert een systeem ‘ecologisch’: goed voor het hele (grotere) systeem, ook op de langere termijn. Als de balans tussen geven en nemen in een systeem sterk verstoord is dan raakt het systeem uit evenwicht. Naarmate systemen complexer zijn zullen verstoringen met grotere vertraging zichtbaar worden. Er wordt dan een schuld opgebouwd, die ooit ingelost moet worden. Dat hebben we zien gebeuren bij de banken. Om ineenstorting te voorkomen heeft de staat, wij als burgers dus, veel van de opgebouwde schuld overgenomen. Ook de klimaatcrisis is het gevolg van decennialang meer nemen dan onze planeet kan hebben. Volgende generaties gaan de schuld betalen die er is opgebouwd.
Veel van de cases laten dit principe zien. Het ‘nemen’ van de top van Philadelphia, ging ten koste van de directe zorg. De bankiers die rijk geworden zijn, worden gevrijwaard door de staat, die hun ‘schuld’ overneemt. De onderliggende boodschap: ik kan meer nemen dan ik geef, dat gaat ten koste van anderen, maar uiteindelijk kom ik er toch mee weg.
Deze voorbeelden zijn tegelijkertijd ook voorbeelden van klein-denken, zoals ik dat in mijn boek, Ecologisch veranderen van organisaties, beschrijf: denken alleen vanuit de eigen positie en op de korte termijn. De betrokkene heeft geen zicht op de effecten voor het grotere systeem op de langere termijn, op de ecologie dus. Bankiers die daarop aangesproken worden reageren verbaasd: ‘het was toch legaal, iedereen heeft toch meegeprofiteerd?’ Persoonlijk verantwoordelijk zijn, accountable, behoort niet tot het klein-denken. Die discussie wordt verwezen naar het domein van de ethiek.
Betekent de huidige crisis nu het einde van de vrije markt? Nee, dus. Veel deskundigen stellen dat hebzucht nu eenmaal in de menselijke genen zit opgesloten en dat dus het kapitalisme tegen zichzelf beschermd moet worden: dus toezicht, regulering. Ook Jeroen van der Veer bepleit een hybride vorm: de staat moet hekken om de markt zetten en het bankwezen met meer regels in de greep houden.
Rudy van Stratum pleit in een artikel, ‘Social limits to growth’, voor het publiekelijk afleggen van verantwoordelijkheid door topmensen over een periode van 20 jaar. Hij onderbouwt zijn betoog met een beeldende ‘toekomst anekdote’ als Boersma, verantwoordelijk voor de verkoop van Essent, voor een commissie moet verschijnen: ‘Maar meneer Boersma, u heeft destijds de bezwaren tegen verkoop volstrekt naast u neergelegd, u loopt het gevaar de volledige bonussen inclusief rente te moeten terugbetalen.’ Van Stratum: ‘Aannemelijk kunnen maken dat je weloverwogen en duurzaam hebt gehandeld. Dat je maatschappelijk verantwoord hebt ondernomen.’ In systemische termen: aangesproken worden op de ecologie van je beslissingen. En als je in het grotere systeem meer hebt genomen dan je gegeven hebt, als je een schuld hebt opgebouwd: zelf terug betalen. Ik noem dat ‘groot-denken’.
Een cursus ‘groot-denken’ voor (sociaal)ondernemers, hard nodig volgens mij!
Over Pierre Pieterse
Pierre Pieterse was tot februari 2022 hoofdredacteur van Managementboek Magazine.