En nu hééft de technologie de wereld veranderd en waar geloven we dus in? In de echtheid van het verleden, in traditionele authenticiteit. Ook daarover buitelden de laatste jaren de boeken over je heen. We zoeken houvast in ‘de droom van echt’.
Vermommingscultuur
Het treurige resultaat van de authenticiteitsgolf is een sterke vermommingscultuur. Het boerenbrood is niet aan te slepen, uit de broodfabriek. De Hurry Curry Foodtruck verkoopt echte oosterse waar, van Conimex. Bier is ambachtelijker dan ooit, uit de high tech biotechnologische back office, enz. enz.
Het wereldbeeld waarmee ik opgroeide was op de Verlichting én op de gruwelen van twee wereldoorlogen gebaseerd – een afgedwongen droom van vooruitgang, toenemende gelijkheid en rechtvaardigheid. Deze droom was eerder een uiting van geloof, hoop en een streven dan een rotsvaste toekomstvoorspelling.
Immers, was het niet te veel gevraagd? Was niet de mens de mens een wolf (gebleken)? Was het eigen geloof niet de enige superieure waarheid? Hoeveel empathie werd er opgebracht voor de écht zwakkeren? Goede vragen.
Tegenkrachten
De kracht zit in de twijfel. Wanneer humanisme te zeker van zichzelf wordt, wordt het onherroepelijk naïef. En roept het overweldigende tegenkrachten op: het Amerika van Trump, het Turkije van Erdogan, het Rusland van Poetin, het Hongarije van Orban, het Verenigd Koninkrijk van Nigel Farage en Boris Johnson, en het Nederland van Geert Wilders.
Komt er een einde aan het wereldbeeld zoals ik het ken? Humanisme is nooit een gelopen race. Domweg omdat het deels tegen de menselijke natuur zelf ingaat. Het moet bij voortduring worden bevochten. In die strijd zit de schoonheid van de mens, een existentieel elan.
Links
Links (of de sociaaldemocratie, om het probleem wat groter dan de PvdA/GL te maken) is nog steeds opzoek naar de waarheid achter de werkelijkheid, en hoopt in die zoektocht het goede in de mens aan te treffen. Zo zei Emile Roemer (voormalig SP-leider) eens in HP/De Tijd: ‘Ik heb een positief mensbeeld. Ik ga uit van de goedheid van de mens. Je leeft niet voor jezelf, maar ook en vooral voor de ander’. Hier zoekt men naar waarde(n).
Rechts
Populistisch rechts (en is er nog een ander rechts?!) dealt al tijden met de werkelijkheid achter de waarheid – het overgrote deel van de wereld, en dat kan links zich moeilijk voorstellen, gaat uit van het beginsel ‘ik ben jou niets verschuldigd’. De wereld wordt niet steeds meer Nederlands (toen we nog een links gidsland waren), Nederland wordt onvermijdelijk steeds meer zoals de rest van de wereld. Hier kent men de prijs.
De kwade trouw lijkt mij een cruciale ontdekking voor zoekend links, of de tastende sociaaldemocratie. Het beginsel is daar nog altijd: de mens is goed. De rest van de wereld gaat uit van kwade trouw. De meeste mensen deugen niet (altijd)… En de rest van de wereld is geen lid van de PvdA/GL (of links of de sociaaldemocratie).
(neo)liberalisme
Het constant beschuldigend blijven wijzen naar het (neo)liberalisme is niet constructief en weinig productief. Dan valt er nog veel te herbronnen – morele ambitie of niet. Het rozige linkse wereldbeeld van goede mensen en slechte omstandigheden, dat deugt niet (of is ten minste ontoereikend). Kwade trouw bestaat, slechte mensen ook. Fraude en oplichterij bestaan – ook zonder directe aanleiding, of behoefte om een brood.
Vitaal elan
Het belangrijkste verwijt dat je de naoorlogse bestuurlijke elite kunt maken is dat men het ‘verlichtingswereldbeeld’ heeft uitgedragen zonder échte uiteindelijke innerlijke overtuiging. Men heeft het als het ware gebureaucratiseerd. En vermarkt. Dat kost draagvlak. En staat mijlenver af van vitaal elan.
Humanisme moet begeren zijn. En dan niet louter de ‘greed is good’ uit Wall Street. Geen schoonheid zonder begeerte. Begeerte die ons aanraakt, die ons elkaar laat raken. Over alle grenzen heen.
Vanuit die onderkenning kan er een heel andere, productieve visie ontstaan, met appellerende verhalen. Over samenleving, leiderschap, organisatie en persoonlijke ruimte. Over veiligheid en criminaliteit. En solidariteit. Over prijs én waarde. Maar alleen dan.
Kitsch
‘Kitsch’, schreef Milan Kundera, ‘doet twee tranen na elkaar vloeien’. De eerste traan is er voor de door omstandigheden geperverteerde goede mens. De tweede traan vloeit om de eerste: kijk ons eens met z’n allen huilen voor de geperverteerde goede mens.
Links moet geen kitsch worden. Daar waar rechts al hypocriet is. Kitsch en hypocrisie roepen onheil over ons af – zij zijn buitenkant, met woorden als watten óf kiezelstenen; ze raken nauwelijks óf ketsen af. Ze bezitten beide de pathologische onmacht om begeerte te scheiden van bezitsdrang. Beide nemen het innerlijk eigene af, en gaan voorbij aan de twijfel, vooruitgang, de hoop, de mens.
Woorden moet verlokken, naar binnen trekken en de kern blootleggen van wie we zijn. Om te kennen en gekend te worden. Opdat daar – ter reflectie – veel over geschreven gaat worden.
Over Leo van de Voort
Leo van de Voort is klankbord voor Raden van Toezicht en Bestuurders met een serieus transitieprobleem. Daarnaast is hij een veel gevraagd spreker en publicist. Zo schreef hij veelvuldig voor FD, Elsevier, FEM, Holland Management Review, Tijdschrift voor Corporate Finance en diverse kranten en tijdschriften. Leo is partner bij Fuel for Living Strategies (en Fuel Participations).