Nog voor u met oplossingsgericht coachen aan de slag ging, werkte u beiden als coach, organisatieadviseur en trainer. Waarom was die aanpak destijds zo’n openbaring voor u?
CV: ‘We waren allebei ontevreden over de gangbare manier van adviseren. Ook al deden wij ons uiterste best, er bleven klanten die toch niet echt geholpen waren, zonder dat we wisten waar dat door kwam.’
GSB: ‘De gangbare aanpak was destijds vooral gericht op het opsporen van ‘defecten’. De belangrijkste vragen waren: wat is er mis, waarom is dat mis en wat is daarvan de oorzaak? Daardoor loop je grote kans dat het probleem juist groter wordt in plaats van kleiner.’
CV: ‘De doorbraak kwam door een boek van Insoo Kim Berg over haar oplossingsgerichte therapie. Daarin stond een verslag van een gesprek van een coach met zijn cliënt dat ik heel herkenbaar vond. De coach stelde de goede vragen en ik zag niet wat er mis mee was. Meteen daarna stond er een alternatieve aanpak van hetzelfde gesprek uitgeschreven en toen viel bij mij het kwartje. Dus zo kan het ook!’
Wat was het precies dat deze aanpak zo anders maakte?
CV:’ Vooral het inzicht dat je sneller resultaat kunt bereiken als je vanuit een ander perspectief te werk gaat. Bij oplossingsgericht werken stelt de cliënt zelf doelen en kan zelf oplossingen vinden. Zo ontdek je wat je wilt veranderen en wat je wilt bereiken. Je stelt vast welke dingen er nu al goed gaan en wanneer het al eens eerder beter ging. Vooral die laatste vraag is belangrijk. Daardoor realiseer je je dat er al iets is. Door in te zoomen op hoe je dat destijds hebt aangepakt kom je op ideeën. Dat is, heel eenvoudig gesteld, hoe oplossingsgericht werken werkt. Toen ik het boek had gelezen belde ik Gwenda op en zei: Dit is het. Hier kunnen we tien jaar mee vooruit.’
GSB: ‘Bij deze aanpak komt de klant er zelf achter wat in zijn context het beste werkt om de gewenste situatie te bereiken en daardoor zal hij veel gemotiveerder zijn om zelf actie te gaan ondernemen. Daardoor krijg je geen afhankelijke mensen die achterover leunen en de coach om tips vragen, maar juist actieve klanten die zelf aan de slag gaan. Dat is een groot verschil.’
Inmiddels zijn jullie meer dan tien jaar met deze methode van coachen, trainen en sturen bezig en hebben die in de loop van de tijd zelf verder ontwikkeld. Jullie hebben er zelfs een nieuwe naam aan gegeven: progressiegericht werken. Wat was er mis met de term ‘oplossingsgericht’?
GSB: ‘ Wij merkten dat de term oplossingsgericht regelmatig een verkeerde associatie oproept. Mensen kunnen er een opgejaagd gevoel door krijgen omdat ze het idee hebben dat ze snel naar de oplossing toe moeten. Bovendien wekt de term de indruk dat klanten van de expert een oplossing aangereikt krijgen, zoals in de traditionele aanpak vaak gebeurt. De aanpak draait niet om de oplossing, maar om het boeken van progressie. Onze aanpak concentreert zich meer op het proces; op de weg naar de gewenste toekomst toe. Daar past wat ons betreft het woord progressie heel mooi bij. Zelf zijn we ook voortdurend bezig met de progressie van onze aanpak. We proberen te leren van inzichten en onderzoek van anderen, zoals inzichten vanuit de groeimindsettheorie, het progressieprincipe, de zelfdeterminatietheorie en de theory of planned behaviour. Dat rechtvaardigt ook de nieuwe naam. We doen echt andere dingen dan de grondleggers van de oplossingsgerichte therapie.’
Wat vinden jullie zelf de belangrijkste verschillen tussen jullie boeken?
CV: ‘De uitgangspunten lijken erg op elkaar, maar in de uitwerking zijn ze verschillend. Het boek van Gwenda is voor iedereen goed te lezen. Of je nou student bent of leidinggevende, zelfcoaching is altijd een goede vaardigheid om te beheersen. Mijn boek is voor dezelfde doelgroep bestemd, maar vertelt een ander verhaal. Het boek van Gwenda biedt experimenten waar je direct mee aan de slag kunt, gevolgd door een tweede deel met theoretische achtergrond. Mijn boek bevat meer theorie en veel voorbeelden.’
GSB: ‘Wie mijn boek leest kan meteen zelf aan de slag. Coert verweeft in zijn boek theorie en praktijk in ieder hoofdstuk. Het is interessant voor iedereen die progressiegericht werken wil leren kennen of denkt de aanpak al te kennen en deze praktisch wil toepassen in zijn werk. Wij behandelen de progressiegerichte aanpak ieder vanuit een andere invalshoek.’
Wat is het grootste verschil tussen jullie ideeën uit 2004, toen de eerste boeken verschenen, en nu in 2013?
CV: ‘In die tijd zijn we vooral door de ideeën van Carol Dweck over mindsets sterk beïnvloed. Zij onderzoekt of eigenschappen te ontwikkelen zijn of niet. Zij stelt dat wie gelooft dat hij iets niet kan, zichzelf veel beperkingen oplegt. En omgekeerd, dat wie gelooft dat hij bepaalde zaken wel kan, daar grote voordelen van heeft. Zo’n mindset wordt beïnvloed door een paar dingen, waaronder het type feedback dat je krijgt. Een persoonsgerichte feedback wekt eerder een ‘fixed mindset’ op: jij bent intelligent, en dat kun je zelf niet veranderen. Een procesgerichte feedback daarentegen gaat over wat je hebt gedaan, bijvoorbeeld hard studeren voor dat examen, en dat heeft over het algemeen een groei-mindset tot gevolg. Bij het oplossingsgericht werken werden altijd veel complimenten uitgedeeld, en werd het onderscheid tussen persoon en proces niet gemaakt. Daar denken wij nu anders over.’
GSB: ‘Carol Dweck ontdekte dat iedereen weliswaar blij is met een persoonsgericht compliment, maar dat daarna faalangst kan ontstaan waardoor men zich risicomijdend gaat opstellen. ‘Als ik deze puzzel niet kan oplossen vinden ze me vast niet intelligent meer. Dan maak ik die liever een eenvoudiger puzzel.’ Persoonsgerichte complimenten geven je een label. In teams werkt dat ook zo. Als jij gezien wordt als de creatieveling dan zet dat je onder hoge druk om steeds met originele ideeën te komen. Daardoor kun je juist dichtslaan. Het blijkt dat teams waarin sprake is van een statische mindset minder goed samenwerken, terwijl teams met een groeimindsetcultuur succesvoller zijn.’
Wie hopen jullie met de boeken te bereiken?
GSB: ‘Teams en individuen die met een probleem zitten en denken dat ze dat niet zelf kunnen oplossen. Die menen dat ze alleen met behulp van een coach of een andere expert verder kunnen komen. Ik hoop dat mensen die dit lezen optimistischer worden over hun eigen veerkracht en zelfredzaamheid en de werkbaarheid van hun eigen oplossingen. Deze boeken sluiten goed aan op de huidige tijdgeest; we willen en moeten meer zelf gaan doen.’