‘De Dageraad’ is weliswaar een boekje van bescheiden omvang, maar zeker niet bescheiden qua inhoud. Wanneer je zo knap kunt doseren en zo je woorden kunt wegen als Van der Zijl dat doet, dan kun je ook in een klein boekje een indrukwekkend verhaal vertellen.
‘En altijd waren er wel weer mensen die wanhopig genoeg waren om de overtocht te wagen. Franse hugenoten, Joodse suikerplanters, Duitse huurlingen, doodarme Zwitserse boeren, gelukszoekers en vervolgden, gajes en gespuis uit alle hoeken en gaten van Europa…’
Sommige lezers zullen ‘De Dageraad’ beschouwen als een treurig hoofdstuk in de Surinaamse geschiedenis omdat het speelt in de tijd van de slavernij. Het valt echter ook te zien als een optimistisch verhaal. Het laat namelijk zien dat mensen, van allerlei standen en rassen en afkomstig uit allerlei windstreken, zich uiteindelijk gezamenlijk inzetten voor het behoud van hun kleine leefgemeenschap aan de oceaan.
‘Gehard en ambitieus als hij was, had de nu drieëndertigjarige Willem kennelijk toch nog een stukje poëzie in zijn ziel behouden, want hij noemde de plantage die hij op jungle en zee had veroverd De Dageraad, naar de zon die hij iedere ochtend vanaf zijn veranda in magnifieke roze en paarse tinten vanuit de oceaan tegen de hemel op zag klimmen: de rozevingerige dageraad, zoals Homerus die had beschreven.’
Haar fans weten niet beter, maar voor diegenen die nog niets of (te) weinig van deze auteur hebben gelezen, wil ik graag wijzen op haar briljante schrijfstijl en taalgebruik. Een goed voorbeeld daarvan is de quote zoals hierboven cursief vermeld staat. Prachtig toch?
Mijn enige ‘kritiek’ op dit boekje is feitelijk dat het verhaal te kort is. Ik had graag verder gelezen…