'Management wordt net zo behandeld als seks: je zoekt het zelf maar uit. En het aanvankelijke resultaat is vaak hetzelfde: allerlei nare en onverwachte gevolgen.' Dit zegt wellicht iets over Minzbergs opvattingen over seks, maar zeker ook over zijn opvattingen over het opleiden van managers: managers worden niet opgeleid. Het is de kiem van veel ellende en de aanleiding van dit boek. Mintzberg bekritiseert het huidige systeem (MBA's), waarna hij een perspectief aanreikt: managementopleidingen. In die zin is de Engelse titel van het boek wat duidelijker: 'Managers, not MBA's'. Bijna aan het eind van zijn boek onthult Mintzberg waarom hij het allemaal doet: om de samenleving te verbeteren. Dat is zijn ultieme doel. En er is veel te verbeteren. Veel wat er mis is in de huidige samenleving is terug te voeren op de MBA-opleidingen. Zijn redenering is als volgt: Allerlei maatschappelijke gebeurtenissen worden sterk beïnvloed door het bedrijfsleven - het bedrijfsleven wordt sterk beïnvloed door de managers - de managers worden sterk beïnvloed door hun opleiding - veel managers in Amerika (40.000 MBA'ers per jaar) hebben een MBA-opleiding gevolgd. Ergo, wil je de maatschappij verbeteren dan is de meeste effectieve manier: zorg dat je goede managementopleidingen maakt. En daar gaat dit boek over. Voordat Mintzberg de oplossing presenteert (een format voor de ontwikkeling van een eersteklas managementopleiding), geeft hij een uitgebreide verantwoording waarin hij het huidige systeem tot aan de grond toe afbreekt. Aan MBA-opleidingen is van alles mis. De toelatingseisen, de didactiek, de bedrijven, de inhoud, de verwetenschappelijking, de begeleiding, de motivatie van de studenten: het is allemaal aangetast door honger naar macht en financieel gewin. Eigenlijk is zijn belangrijkste punt dat de MBA-opleidingen geen managers opleiden. En dat kunnen ze ook niet, want er zitten geen managers in de schoolbanken. De schoolbanken worden bevolkt door studenten die nog nooit een bedrijf van binnen hebben gezien. Die geen flauw idee hebben van wat 'motiveren van medewerkers' zou kunnen betekenen. Dit geldt zowel voor Amerikaanse als Europese MBA-opleidingen, hoewel in Europa meer initiatieven zijn waarin de managementpraktijk in het curriculum wordt betrokken, bijvoorbeeld door middel van Action Learning. Kort samengevat komt Mintzberg kritiek dus op het volgende neer: het verkeerde onderwijs wordt op de verkeerde manier aan de verkeerde mensen gegeven. Hoewel Mintzberg zich in het boek niet expliciet uit laat over leertheorieën waar hij bij aan wenst te sluiten, laat hij zich wel uitvoerig uit over wat volgens hem de beste manier van leren is voor managers. 'De cruciale opvatting (...) is dat managers het best leren in hun natuurlijke omgeving. Er zijn betere en slechtere wegen (...) maar ze zijn alleen aanvaardbaar wanneer ze managers in staat stellen tot leren binnen hun eigen context.' (p.365) Management kan dus alleen geleerd worden door ervaren managers in hun eigen omgeving. Dat stelt nogal wat eisen aan het onderwijsproces. Zowel aan de inhoud (curriculaire canon) als aan de onderwijskundige variabelen (leeromgeving, didactiek, begeleiding, docenten, lesmateriaal). Mintzberg vindt dat management zich bevindt binnen de driehoek 'wetenschap' (analyse), 'kunst' (visie) en 'ambacht' (ervaring). De wetenschap moet uitdagen tot nadenken, moet concepten en modellen aanleveren die een kader schetsen waarbinnen de manager kan nadenken. 'Technieken aanbieden is heel mooi, maar dan wel op een beschrijvende 'kritische' manier: hoe ze werken, waar ze bleken te werken en ook waar ze verkeerd uitpakten. Op die manier kunnen managers, (...) zelf beslissen of, wanneer en vooral hoe ze die gaan toepassen.' (p.400) Twee begrippen staan centraal in de moderne managementopleiding: 'bezinning' en 'nadenken'. Door het gehele curriculum en het onderwijsproces zo in te richten dat de manager voortdurend wordt uitgedaagd om zijn eigen ervaring ter discussie te stellen en in te zetten voor de ontwikkeling van zichzelf, studiegenoten en de organisatie, wordt een blijvend leereffect bereikt. In een gedetailleerd plan komt Mintzberg tot een Master of Practicing Management (MPM), dat voor elke managementopleiding ruim voldoende handvatten biedt voor het opzetten van een programma dat managers opleidt. Het is jammer dat 'de manager' waar Mintzberg zich op richt een topmanager uit het internationale bedrijfsleven is. Veel van zijn observaties, voorstellen en programma's zijn voor een lijnmanager bij bijvoorbeeld de Rabobank nauwelijks van toepassing. Voor deze, wat Mintzberg noemt 'lagere managers', heeft hij nog geen programma kunnen bedenken. Dat is jammer, want dat is volgens mij nu net de grootste groep managers met de meeste directe invloed als het gaat om veranderen en organisatieverbetering. Dus als je verbetering van de samenleving nastreeft, is dat toch een groep managers waar je je op zou moeten richten. Al met al geeft het boek een aardige kijk op MBA-opleidingen, wat ze waren, wat ze zijn en wat ze zouden moeten zijn. De zeer vele anekdotes maken het een lezenswaardig boek.
Recensie
Managers, maar dan echte
MBA? Alleen voor ervaren managers!
Maarten van Rooij
|
16 maart 2005