Veel langer dan we dachten, al wel één miljoen jaar, wandelden homo sapiens vanuit het zuiden van Europa naar het noorden. De kalkstenen van Engeland geven soms hun geheimen prijs. Kleine aanwijzingen die door gespecialiseerde ogen (en geavanceerde onderzoekstechnieken) juist geïnterpreteerd kunnen worden. We graven delen van skeletten op, met spullen die helpen om een beeld te krijgen hoe het leven van deze mensen eruitzag. Mathijs Deen is vooral geïnteresseerd in hoe mensen zich in die honderdduizenden jaren gewogen hebben van zuid naar noord, van oost naar west en weer terug. Wandelpaden en vaarwegen werden handelsroutes en werden de afgelopen honderd jaar geasfalteerd en gekanaliseerd. In acht verhalen vertelt hij het verhaal van de vroegste wandelaars en ‘ontdekkers’ tot recente reizigers, gedwongen door omstandigheden, die hun weg uit Afrika naar Nederland wist te vinden.
De verhalen zijn mooi, en vaak ontroerend. Het loopt meestal niet goed af met deze mensen. Ze zijn onderdeel geworden van mythes en drama’s. Hun reizen zijn geboekstaafd omdat hun reis en hun verhalen na terugkeer zo bijzonder waren. Guðríður þorbjarnardóttir geboortehuis in Gilsstofa is een bedevaartsoord. Ze reisde aan het begin van de 11de eeuw met een boot naar Amerika, en ook ging ze naar het vasteland van Europa om in Rome rust voor de geest voor haar overleden oma en opa te vinden. En ze kwam levend terug van al die reizen om die verhalen aan haar kinderen te vertellen.
We zouden het in deze tijd van snel en veelvuldig vervoer bijna vergeten, maar tot vijftig jaar terug waren reizen uit je woonplaats naar verre oorden (bijvoorbeeld het buitenland met de auto, en vliegen al helemaal nauwelijks) een zeldzaamheid.
De ervaring was meestal voor de reiziger niet groots. Coenraad Nell, boerenzoon uit Wassenaar, moest mee met de legers van Napoleon naar Rusland. Coenraad had ‘mazzel’. Hij raakte gewond en werd teruggestuurd kort voor de Slag van Smolensk in 1812 waar het Nederlandse contingent zich zou opofferen om de terugtocht van Napoleon te dekken. Na een door Deen uitvoerig geschetste barre heenreis volgde een even barre terugreis om thuis in Wassenaar zijn laatste jaren te slijten. Waarschijnlijk had hij net zoals veel slachtoffers van grote oorlogen een post-traumatisch stress syndroom (PTSS). Coenraad kon niet meer aarden en stierf op 34-jarige leeftijd.
En zo zet Deen verschillende mensen neer, in hun tijd en hun beleving van reizen.
Over oude wegen wordt meer geschreven. Eén van de bekendste, en nog steeds actuele routes is de Zijderoute. Een serie van wegen die op verschillende manieren van oost naar west (en deels zuid, het Midden-Oosten in) voeren. Dwars door immense vlaktes en gebergten werd deze route duizenden jaren gebruikt. Peter Frankopan’s indrukwekkende De zijderoutes Een nieuwe wereldgeschiedenis vertelt de verhalen hoe Oost en West elkaar hier ontmoeten. De handel, het geloof, de culturele invloeden. Over diezelfde wegen reisden bijna verborgen grote uitvindingen. Alexander Monro beschrijft in een indrukwekkend boek The paper trail de ontdekking en verspreiding van papier. We zouden ons een samenleving zonder papier en haar gebruiksmogelijkheden nauwelijks voor kunnen stellen. Het werd een middel om geloof te verspreiden in China. Het reisde duizenden jaren lang van China naar alle delen van Azië en het Midden-Oosten. Het werd een wapen in de handen van Chinese machthebbers en islamieten. Het werd de basis voor handelsverdragen en financiën (geld en boekhouden). En na de uitvinding van de boekdrukkunst door Gutenberg in de 16de eeuw, het communicatiewapen van de Christenen.
Over Bertrand Weegenaar
Bertrand Weegenaar is als hogeschooldocent HBO-ICT werkzaam op Windesheim. Zijn voorliefde ligt bij de onderwerpen strategie, marketing, geschiedenis; biografieën en internet; e-business.