En het waren niet de eerste de beste die hun best deden Bahcalls boek onder de aandacht te brengen: Bill Gates, Daniel Kahneman, Malcolm Gladwell en Dan Pink, om er een paar te noemen. Zo zegt Kahneman (Nobelprijswinnaar en de auteur van Thinking, Fast and Slow) over Loonshots: ‘This book has everything: new ideas, bold insights, entertaining history and convincing analysis. Not to be missed by anyone who wants to understand how ideas change the world.' Lovende woorden voor Bahcalls eerste boek, dat nu eindelijk ook in het Nederlands verkrijgbaar is.
Het is een verhalend geschreven boek met een stevige onderbouwing. Hij beschrijft beeldend ontstaansgeschiedenissen van bijvoorbeeld de Macintosh computer, verschillende medicijnen, radar, internet en Pixar-films. Allemaal waren het Loonshots die bijna werden afgeschoten.
Een Loonshot is een ambitieus idee met een kleine kans van slagen waarvan de bedenker wordt beschouwd als wereldvreemd en naïef. Het is de tegenpool van een Moonshot: een (haalbaar) project met een ambitieuze doelstelling waarvan verwacht wordt dat deze van groot belang zal zijn. Het boek helpt de lezer om te voorkomen dat ideeën te snel worden afgedaan als een loonshot.
In zijn boek legt de op Harvard opgeleide natuurkundige, ex-McKinsey adviseur en ex-biotech ondernemer, onder meer de complexiteit bloot die simplistische oorsprongsverhalen en heldenverering ontmythologiseert. Hij laat de lange keten zien van ideeën zien waarop de ‘helden' voortborduren. Zo maakte Newton door anderen ontwikkelde ideeën tot een vernieuwend geheel. Ook Jobs deed iets wat niet veel mensen hem hadden kunnen nadoen, door een coherent geheel te smeden uit ontwerp, marketing en technologie. Newton en Jobs waren geniaal in dingen bij elkaar brengen.
Jobs leerde bij Pixar, wat hij later ook bij Apple toepaste, een ander model van leidinggeven: niet je met alles bemoeien maar ruimte geven en passende ondersteuning bieden aan loonshots. De taak van de leiding is niet de innovatieve projecten te managen maar het systeem. En wanneer een idee te wasdom is gekomen, is het de taak van de leiding het te laten groeien met duidelijke structuren. Daarbij erkennend dat ze alle twee even belangrijk zijn (iets dat Jobs in de eerste decennia van zijn loopbaan niet kon).
Bahcall vat de kern van zijn boek samen in een aantal adviezen, waaronder:
1. Scheid de fasen: houd je uitvinders en uitvoerders bij elkaar uit de buurt
2. Koester als leiding je uitvinders en uitvoerders in gelijke mate
3. Benoem voor elk project voorvechters (en leid hen op) om de kloof te overbruggen.
Een gemis in de Nederlandse versie is het ontbreken van een index, die wel in de Engelstalige versie zit. Ook ontbreken de bronnen waarop hij zich baseert. Volgens de uitgever staan ze op de website van Maven (maar ik kon de link niet vinden) maar een index hoort gewoon in een boek te staan, toch?! Bahcall heeft een indrukwekkende hoeveelheid bronnen geraadpleegd voor zijn boek en voor de geïnteresseerde lezer die wil weten waarop hij zijn opvattingen baseert, is dit best relevant.
Omdat hij zichzelf regelmatig herhaalt, en voorbeelden uit veel sectoren citeert, kun je soms stukken overslaan. Dat heb ik bijvoorbeeld gedaan bij de gedetailleerde voorbeelden over de praktijk en de achterliggende principes bij de ontwikkeling van medicijnen.
Een van de uitgangspunten van Bahcall is dat succesvolle innovaties hun oorsprong vinden in een passende organisatiestructuur en niet in de cultuur. Hij trekt een parallel met de wetenschap van faseovergangen. Om loonshots te genereren, wil je vloeibaarheid: kleinere teams met voornamelijk creatieve mensen (artiesten). Om de loonshots op de markt te brengen, is stevigheid nodig: grotere teams met uitvoerders met goed gedefinieerde rollen.
Afsluitend
Als je wilt begrijpen (en er van wilt leren) waarom bijvoorbeeld Nokia in 2004 wel de kennis in huis had voor de op internet aangesloten telefoon met een camera met hoge resolutie en daar niks mee deed, dan kan hier het antwoord vinden, inclusief de waarschuwing voor andere op groei gerichte organisaties. Bahcall is goed in het vertellen van informatieve anekdotes over innovaties, zoals bij Nokia, en deze te analyseren op het waarom ze succesvol waren of faalden.
Loonshots geeft inzicht in de principes achter innovaties en leest als een roman, zo goed is het geschreven. Het is ook een goed boek voor managers die zich afvragen waarom er zo weinig vernieuwing in hun organisatie de productielijnen haalt, waarom hun ooit zo innovatieve organisatie veranderd is in een conservatief in zichzelf gekeerde organisatie gedreven door kantoorpolitiek.
Over Rudy Kor
Rudy Kor is zelfstandig organisatieadviseur en auteur van diverse managementboeken. Tot voor kort werkte hij (als senior partner) bij Twynstra Gudde. Hij startte zijn werkzame leven bij Philips in Eindhoven. Als adviseur helpt hij (project)managers bij het effectiever inrichten van hun projecten. Als veellezer wordt hij gedreven door nieuwsgierigheid en schrijft regelmatig boekrecensies.