Agrarisch Belastingrecht - editie 2024-2025
Paperback Nederlands 2024 1e druk 9789463174497Samenvatting
Vanuit een agrarische invalshoek maakt Agrarisch Belastingrecht studenten op een toegankelijke manier wegwijs in de complexe wereld van het Nederlandse belastingrecht.
Deze studiemethode is ontwikkeld in samenwerking met Aeres Hogeschool Dronten en is gebaseerd op de wet- en regelgeving van 1 januari 2024. Bij deze methode behoort een digitale leeromgeving op www.lerenmetconvoy.nl. Studenten kunnen hier per hoofdstuk oefenen met het maken van diverse meerkeuze- en open vragen, begrippen trainen en video’s bekijken.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
1 Algemene inleiding 1
1.1 Doel van belastingheffing 2
1.2 Indeling stelsel van sociale zekerheid 4
1.3 Rechtsgrond voor belastingheffing 6
1.3.1 Inleiding 6
1.3.2 Plaats binnen de wetten 7
1.4 Soorten belastingen 7
1.4.1 Inleiding 7
1.4.2 Directe en indirecte belastingen 7
1.4.3 Tijdstip- en tijdvakbelastingen 8
1.4.4 Aanslag- en aangiftebelastingen 8
1.4.5 Subjectieve en objectieve belastingen 9
1.5 Vindplaatsen in het belastingrecht 10
1.5.1 Wetgeving 10
1.5.2 Uitvoeringsregelingen en -besluiten 10
2 Algemene wet inzake rijksbelastingen 13
2.1 Inleiding 14
2.2 Begripsbepalingen 14
2.3 Opbouw van de AWR 19
3 Loonbelasting 21
3.1 Inleiding 22
3.2 Dienstbetrekking 23
3.2.1 Inleiding 23
3.2.2 Privaatrechtelijke dienstbetrekking 23
3.2.3 Publiekrechtelijke dienstbetrekking 25
3.2.4 Fictieve dienstbetrekking 25
3.2.5 Tegenwoordige en vroegere dienstbetrekking 30
3.3 Loon 30
3.3.1 Inleiding 30
3.3.2 Belastbaar loon 30
3.3.3 Loon 31
3.4 Administratieve verplichtingen 31
3.4.1 Inleiding 31
3.4.2 Verplichtingen bij aanvang werkzaamheden 31
4 Inleiding inkomstenbelasting 35
4.1 Inleiding 36
4.2 Belastingplicht 36
4.3 Heffingsgrondslagen: het boxenstelsel 37
4.3.1 Inleiding 37
4.3.2 Box 1: belastbaar inkomen uit werk en woning 40
4.3.3 Box 2: belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang 42
4.3.4 Box 3: belastbaar inkomen uit sparen en beleggen 43
4.3.5 Verzamelinkomen 45
4.4 Heffingskortingen 45
4.4.1 Inleiding 45
4.4.2 Onderdelen van de heffingskorting 46
4.5 Toerekeningsregels 49
4.5.1 Inleiding 49
4.5.2 Toerekening tussen en binnen belastbare inkomens 49
4.5.3 Toerekening inkomen minderjarig kind 51
4.5.4 Toerekening inkomen tussen partners 51
4.5.5 Voordelen vrije toerekening 52
4.6 Wijze van heffing 53
4.6.1 Inleiding 53
4.6.2 Voorheffingen 53
4.6.3 Voorlopige teruggaaf 54
5 Box 1: werk en inkomen 55
5.1 Inleiding 56
5.2 Algemene bepalingen binnen box 1 57
5.2.1 Inleiding 57
5.2.2 Waardering niet in geld genoten inkomen 57
5.2.3 Tijdstip waarop inkomsten worden belast 57
5.2.4 Tijdstip waarop aftrekbare kosten in aftrek mogen komen 58
5.3 Het belastbare loon 59
5.3.1 Inleiding 59
5.3.2 Loon 59
5.3.3 Fooien 59
5.3.4 Reisaftrek 60
5.4 Belastbaar resultaat uit overige werkzaamheden 62
5.4.1 Inleiding 62
5.4.2 Terbeschikkingstelling aan eigen bv of die van een verbonden persoon 67
5.4.3 Bepalen van het belastbare resultaat uit overige werkzaamheden 68
5.5 De belastbare periodieke uitkeringen en verstrekkingen 69
5.5.1 Inleiding 69
5.5.2 De aangewezen periodieke uitkeringen en verstrekkingen 70
5.5.3 Termijnen van lijfrenten 71
5.6 De belastbare inkomsten uit eigen woning 72
5.6.1 Inleiding 72
5.6.2 Begrip eigen woning 73
5.6.3 Eigenwoningforfait 76
5.6.4 Eigenwoningschuld 77
5.7 Aftrek wegens geen of geringe eigenwoningschuld 82
5.8 De uitgaven voor inkomensvoorzieningen 83
5.8.1 Inleiding 83
5.8.2 Lijfrentevoorzieningen 84
5.8.3 Premies 85
5.8.4 Tijdstip van aftrek 86
5.9 Te verrekenen verliezen uit werk en woning 86
5.10 De persoonsgebonden aftrek 88
5.10.1 Inleiding 88
5.10.2 Tijdstip aftrek 89
5.10.3 Uitgaven van onderhoudsverplichtingen 89
5.10.4 Uitgaven voor specifieke zorgkosten 91
5.10.5 Aftrekbare giften 93
6 Box 1: winst uit onderneming 97
6.1 Algemeen 98
onderdeel a Onderneming, ondernemerschap en medegerechtigden 98
6.2 Inleiding 98
6.3 Onderneming 99
6.4 Ondernemers en andere winstgenieters 102
6.4.1 Inleiding 102
6.4.2 Ondernemerschap 103
6.4.3 Urencriterium 109
6.4.4 Medegerechtigden 111
6.4.5 Schuldeisers met specifieke vorderingen op een ondernemer/onderneming 111
6.4.6 Uitsluiting van ondernemersfaciliteiten 112
6.5 Winst uit onderneming versus loon, resultaat overige werkzaamheden, en box 3 112
6.5.1 Winst uit onderneming versus loon 112
6.5.2 Winst uit onderneming versus resultaat uit overige werkzaamheden 112
6.5.3 Winst uit onderneming versus opbrengsten uit sparen en beleggen 112
onderdeel b Bepalen van de belastbare winst uit onderneming 113
6.6 Inleiding 113
6.7 Basisprincipes fiscale winstbepaling 116
6.7.1 Inleiding 116
6.7.2 Goed koopmansgebruik 116
6.7.3 Balanscontinuïteit 118
6.8 Vermogensetikettering 118
6.8.1 Inleiding 118
6.8.2 De wijze van etikettering 119
6.8.3 Keuzeherziening 123
6.8.4 Buitenvennootschappelijk ondernemingsvermogen 123
6.9 Waardering van vermogensbestanddelen 124
6.9.1 Inleiding 124
6.9.2 Bedrijfsmiddelen 125
6.9.3 Aandelen of participaties in afnemers/coöperaties 130
6.9.4 Gronden 133
6.9.5 Nieuwbouw na sloop 136
6.9.6 Boomgaarden 137
6.9.7 Vorderingen 137
6.9.8 Voorraden 139
6.9.9 Fosfaatrechten 142
6.9.10 Schulden 144
6.9.11 Voorzieningen 144
6.10 Kapitaalstortingen en -onttrekkingen 145
6.10.1 Inleiding 145
6.10.2 Privégebruik auto van de zaak 146
6.10.3 Privégebruik fiets van de zaak 147
6.10.4 Eigenwoningforfait bij ondernemingswoning 148
6.11 Beperkt aftrekbare kosten 148
6.11.1 Inleiding 148
6.11.2 Algemene aftrekbeperking 149
6.11.3 Specifieke aftrekbeperking 149
6.12 Niet-aftrekbare kosten 150
6.12.1 Inleiding 150
6.12.2 Algemene uitsluiting van aftrek 151
6.12.3 Specifieke uitsluiting van aftrek 151
6.13 Objectieve vrijstellingen 152
6.13.1 Inleiding 152
6.13.2 Bosbouwvrijstelling 152
6.13.3 Landbouwvrijstelling 153
6.13.4 Kwijtscheldingswinstvrijstelling 166
onderdeel c Ondernemings- en ondernemersfaciliteiten 167
6.14 Inleiding 167
6.15 Willekeurige afschrijving 168
6.16 Investeringsaftrek 169
6.16.1 Inleiding 169
6.16.2 Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek 172
6.16.3 Energie-investeringsaftrek 173
6.16.4 Milieu-investeringsaftrek 174
6.17 De desinvesteringsbijtelling 175
6.18 Kostenegalisatiereserve 176
6.19 Herinvesteringsreserve 177
6.19.1 Inleiding 177
6.19.2 Het vormen en aanwenden van de herinvesteringsreserve 178
6.19.3 Boekhoudkundige verwerking 179
6.19.4 Herinvestering bij staken van gedeelte onderneming ten gevolge van overheidsingrijpen 180
6.20 Ondernemersaftrek 180
6.20.1 Inleiding 180
6.20.2 Zelfstandigenaftrek 181
6.20.3 Startersaftrek 182
6.20.4 Aftrek voor speur- en ontwikkelingswerk 182
6.20.5 Beloning voor meewerkende partner in de onderneming 182
6.20.6 Startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid 184
6.21 De MKB-winstvrijstelling 184
onderdeel d Staking van de onderneming 185
6.22 Inleiding 185
6.23 Stakingswinst 185
6.23.1 Inleiding 185
6.23.2 Begrip stakingswinst en goodwill 186
6.23.3 Berekening van de stakingswinst 187
6.23.4 Vrijval fiscale reserves 188
6.23.5 Desinvesteringsbijtelling 188
6.23.6 Stakingsaftrek 188
6.23.7 Doorschuiven onderneming 189
6.23.8 Bedingen lijfrente bij bedrijfsbeëindiging 189
6.24 Bedrijfsoverdracht 191
6.24.1 Bedrijfssluiting 191
6.24.2 Overdracht aan derden 191
6.25 Het aangaan van een samenwerkingsverband 192
6.26 Overdrachten waarbij fiscale claims kunnen worden doorgeschoven 193
6.26.1 Inleiding 193
6.26.2 Het begrip ‘doorschuiven’ 193
6.26.3 Overdrachten waarbij doorgeschoven kan worden 194
6.27 Overlijden van de ondernemer 194
6.27.1 Overlijdenswinst 194
6.27.2 Doorschuiffaciliteit 195
6.28 Ontbinding huwelijksgemeenschap 195
6.28.1 Fictieve overdracht van 50% van de onderneming 195
6.28.2 Verplichte doorschuiving 196
6.29 Overdracht aan medeondernemer(s) of werknemer(s) 196
6.30 Uitwerking geruisloze doorschuiving 196
6.31 Overdracht onderneming aan een eigen besloten vennootschap 199
6.32 Staking gevolgd door het starten van een nieuwe onderneming 200
7 Pacht 201
7.1 Inleiding 202
7.2 Soorten pacht 203
7.2.1 Reguliere pacht 204
7.2.2 Geliberaliseerde pacht 204
7.2.3 Teeltpacht 205
7.3 Pachtersvoordeel 205
7.4 Insteekpachtrecht 206
8 Box 2: belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang 209
9 Box 3: belastbaar inkomen uit sparen en beleggen 213
9.1 Inleiding 214
9.2 Forfaitair rendement 214
9.2.1 Inleiding 214
9.2.2 Verleden, heden en toekomst van box 3 214
9.2.3 Berekening inkomen box 3 met ingang van 1 januari 2023 216
9.2.4 Peildatum 218
9.2.5 Heffingvrij vermogen 221
9.3 Bezittingen 221
9.3.1 Inleiding 221
9.3.2 Onroerende zaken 221
9.3.3 Rechten op onroerende zaken 222
9.3.4 Roerende zaken 222
9.4 Schulden 223
9.4.1 Inleiding 223
9.4.2 Belastingschulden 223
9.4.3 Drempelbedrag 224
9.5 Vrijstellingen 224
9.5.1 Inleiding 224
9.5.2 Verkrijging krachtens erfrecht 225
9.5.3 Onderlinge vorderingen en schulden tussen partners en minderjarige kinderen 225
9.5.4 Bos, natuurterreinen en aangewezen landgoederen 225
10 Vennootschapsbelasting 227
10.1 Inleiding 228
10.2 Subjectieve belastingplicht 228
10.2.1 Inleiding 228
10.2.2 Binnenlandse belastingplicht 229
10.2.3 Vrijstellingen 231
10.3 Tarief 232
11 Omzetbelasting 235
11.1 Inleiding 236
11.2 Wie moet omzetbelasting voldoen? 239
11.2.1 Inleiding 239
11.2.2 Ondernemer 240
11.3 Belastbaar feit 1: de leveringen van goederen 241
11.4 Belastbaar feit 4: diensten 241
11.4.1 Inleiding 241
11.4.2 Het begrip dienst 241
11.4.3 Plaats van de dienst 244
11.5 Waarover moet omzetbelasting worden berekend? 249
11.5.1 Inleiding 249
11.5.2 De vergoeding 249
11.6 Hoeveel omzetbelasting moet worden voldaan? 250
11.6.1 Inleiding 250
11.6.2 Tabel I 251
11.6.3 Tabel II 252
11.7 In hoeverre bestaat recht op aftrek voorbelasting? 253
11.7.1 Inleiding 253
11.7.2 Factuurvereisten 254
11.7.3 Aftrek bij belaste en vrijgestelde prestaties 254
11.7.4 Verleggingsregelingen 257
11.7.5 Uitsluiting aftrek voorbelasting 258
11.8 Wanneer moet de omzetbelasting worden voldaan? 258
11.8.1 Inleiding 258
11.8.2 Aangifte en betaling 259
11.9 Bijzondere regelingen 260
11.9.1 Inleiding 260
11.9.2 Kleineondernemersregeling 260
11.9.3 Margeregeling 263
11.9.4 Overdracht van een onderneming 265
11.10 Agrarische varia 266
12 Schenk- en erfbelasting 273
12.1 Inleiding 274
12.2 Woonplaats 274
12.3 Begripsbepalingen 275
12.3.1 Inleiding 275
12.3.2 Bloedverwantschap en aanverwantschap 275
12.3.3 Partner 276
12.3.4 Kinderen 276
12.4 Verkrijging krachtens erfrecht 278
12.4.1 Inleiding 278
12.4.2 Erfgenamen op grond van de wet 278
12.4.3 Erfrechtelijke verkrijgers bij testament 281
13 Overdrachtsbelasting 285
13.1 Inleiding 286
13.2 Vrijstellingen 287
13.2.1 Vrijstelling bij verkrijging door kinderen van ouders 288
13.2.2 Vrijstelling bij inbreng 293
13.2.3 Vrijstelling bij ‘uitbreng’ uit een samenwerkingsverband 295
13.2.4 Cultuurgrondvrijstelling 295
13.2.5 Verkrijging krachtens kavelruil 296
Index 299
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan