Waarom meende het CPB dit boek te moeten publiceren?
De kredietcrisis is een once-in-a-lifetime gebeurtenis die diep ingrijpt in de levens van iedereen. De recessie die we nu meemaken, is de zwaarste sinds die van de jaren dertig en de discussie over hoe we ermee om moeten gaan beperkt zich dan ook niet tot de insiders die dat debat normaal gesproken voeren. Vandaar dat wij op deze manier heldere informatie meenden te moeten verschaffen, die kan dienen als basis voor het publieke debat.
Het is nu een maand uit. Heeft u het idee dat het die functie aan het vervullen is?
Ja, zeer. Het verkoopt vanaf het begin goed en we krijgen enorm veel positieve reacties binnen.
U verschaft veel informatie in het boek. Maar het boek zegt weinig over welke kant het op moet. De laatste zin, ‘De tijd zal het leren’, is wat dat betreft symptomatisch. Wat is uw oordeel over het overheidsbeleid tot nu toe?
Daar laat ik me niet over uit. Als directeur van het CPB is het mijn taak om de overheid bij te staan in haar taak. Niet om het overheidsbeleid in de publieke arena te beoordelen.
Goed, over het boek dan. U lijkt het eens te zijn met het internationaal gezien beperkte Keynesiaanse beleid van de overheid. De crisis van de jaren dertig woedde echter juist veel langer door in Nederland omdát de overheid toen nauwelijks aan Keynesiaans beleid deed. Wat is er nu anders dan toen, dat het uitblijven van grotere financiële injecties rechtvaardigt?
Ik denk dat drie dingen anders zijn. Ten eerste: het bestaan van depositogaranties. Omdat overheden tegenwoordig bij banken uitstaande spaargelden garanderen, is een neerwaartse spiraal als toen voorkomen.Ten tweede: de neiging om tot protectionistische maatregelen over te gaan, lijkt momenteel in de wereldeconomie veel kleiner dan toen. Instituten als de Europese Unie en GATT spelen daarin een belangrijke rol. De wereldhandel wordt dus niet nog eens extra geraakt. Ten derde: het beheer van de financiële sector is wereldwijd veel beter. Dat klinkt vreemd, want met de val van Lehman Brothers is de ellende begonnen. Maar omdat verder alle banken die op omvallen stonden, overeind zijn gehouden, is de wereldeconomie niet in een vrije val terecht gekomen.
Ruim een maand geleden hoorden we allerlei positieve berichten. Bijvoorbeeld dat de Duitse en Franse economie de weg naar boven weer hadden gevonden en dat het dieptepunt in de VS was bereikt. In Nederland werd ons alleen bezworen de riemen aan te snoeren voor de zware tijden die komen gaan. Bezondigen al die andere landen zich aan een goed nieuws show?
Ik denk dat die berichten wel klopten, maar niet veel hoeven te zeggen over de toekomst. In onze voorspellingen hanteren wij een marge van een heel procentpunt wat betekent dat een daling van 2 een 1 kan zijn of een 3. We weten dus niet wat we kunnen verwachten. Wat we wel weten, uit bestudering van financiële crises uit het verleden, is dat ze over het algemeen langdurige effecten hebben. Het blijft koffiedik kijken, maar de kans dat het Bruto Nationaal Product binnen de komende twee jaar weer op hetzelfde niveau staat als voor de kredietcrisis, acht ik niet erg groot.
En dus zijn hier van de weeromstuit de geesten rijp gemaakt voor bezuinigingen.
Gezien de krimp dit jaar van 5 procent en een verwachte nulgroei over 2010, lijkt me dat ook terecht. Er zijn tientallen miljarden in de banken gestoken, de belastinginkomsten gaan flink omlaag en de rentelasten over de staatsschuld stijgen flink. De vergroting van het gat tussen inkomsten en uitgaven ramen wij op zo’n 0,5 à 1,5 procent. Alleen al het terugdringen van het begrotingstekort zal een flinke inspanning vragen.
Wat moet de overheid zeker niet doen?
Het financieringstekort zo snel mogelijk proberen terug te brengen naar de gewenste twee procent. Dat vraagt om een enorme bezuinigingsoperatie die de economie alleen maar schade toebrengt. Daarnaast moet ook niet krampachtig geprobeerd worden faillissementen die nu plaatsvinden, te voorkomen. Op belangrijke momenten moet je in durven grijpen, maar verder moet je de markt haar werk laten doen.
Wat verdient de aandacht?
Herkapitalisering van de banken. Omdat banken hard bezig zijn hun vermogenspositie te herstellen, is hun maatschappelijke rol van kredietverschaffer momenteel gemankeerd, en dat is schadelijk voor de economie. Herstel van eigen vermogen kan echter niet alleen plaatsvinden door de kredietverlening te verlagen maar ook door de uitgifte van aandelen. Dat laatste nu staan de aandeelhouders niet toe. Het aandeel heeft dan al een klap gehad en door meer kapitaal aan te trekken, verwatert hun belang alleen maar verder. Speciale faillissementswetgeving voor banken die ze verplicht nieuw eigen vermogen aan te trekken in tijden van crisis - al is dat ten koste van de aandeelhouders - kan dit probleem oplossen. Maar dergelijke wetgeving moet - internationaal gedragen - snel komen, anders is het momentum voorbij.
Over Pierre de Winter
Pierre de Winter is freelance journalist.