Marc Lammers (1969) is al vanaf jonge leeftijd een hockeyfanaat. Hij speelde ruim tien jaar op het hoogste niveau en bekwaamde zich als tiener ook in het vak van trainer-coach. Lammers is sinds januari 2001 bondscoach van de Nederlandse hockeysters, met wie hij in 2006 de wereldtitel won in Madrid. In het eerste hoofdstuk 'Woelige jaren' vertelt Lammers dat zijn ouders zijn gescheiden toen hij 10 jaar was. Hij beschrijft de zoektocht van zijn moeder en zijn eigen zoektocht, mede als gevolg van de scheiding en zijn problemen op school (pas later bleek dat hij dyslectisch is), die eindigt op het hockeyveld. Daar zocht en vond hij het zelfrespect.
In het hoofdstuk met de titel 'Excelleren en enthousiasmeren' beschrijft Marc Lammers het contrast tussen zijn moeizame studieperiode (leraren vonden hem 'lui') en zijn gedrevenheid en leergierigheid op het hockeyveld. Daar maakte hij ook al op jonge leeftijd zijn debuut als trainer-coach. Dat bleek een goede combinatie. Plezier was (en is) zijn drijfveer. Eindelijk bleek hij goed in iets te zijn. Eindelijk kon hij excelleren. 'Het goede voorbeeld' beschrijft enerzijds de loopbaan van Lammers als speler en anderzijds het vervolg van zijn loopbaan als coach. Hij geeft aan dat hij in die periode de nodige roofbouw op zijn lichaam heeft gepleegd door trainen, spelen, coachen, eigen bedrijf en militaire dienst te combineren. Hij moest wel. Als speler-coach heeft hij een jaar (1992-1993) bij Cernusco in Italië voor het eerst zelfstandig gefunctioneerd. Daar heeft hij geleerd dat, als je het uiterste van je spelers vraagt, je zelf het goede voorbeeld moet geven. Zijn creativiteit en ondernemendheid wordt duidelijk als Marc beschrijft hoe hij is gekomen tot de ontwikkeling van 'de sinterklaasstick' het zogenaamde 'lammeren', de zogeheten 'oortjes' en de 'videobril'. Deze ontwikkelingen komen voort uit zijn zoektocht naar nieuwe wegen en het verkennen van de mogelijkheden. Daardoor kwam hij tot het besef dat je als coach moet ageren in plaats van reageren. Leuk is het voorbeeld waarin de Argentijnse coach Sergio de gebaren van Lammers ging bestuderen om daarin een patroon te herkennen, dat hij vervolgens kon gebruiken. Toen Marc met de toen nog onbekende 'oortjes' ging werken, ging hij bewust onzintekens maken, waar de Argentijnse coach dan weer nachtenlang op zat te studeren. In het vervolg van het boek komen de verschillende leermomenten uit het (sport)leven van Lammers aan bod. Van zijn periode als coach van het Vrouwenhockeyteam van Spanje leert hij bijvoorbeeld dat de focus van de coach, maar zeker ook van de speler gericht moet zijn op datgene waar je daadwerkelijk invloed op hebt en niet op datgene wat zich buiten de eigen invloedssfeer afspeelt. Zijn visie op talentontwikkeling wordt in hoge mate bepaald door zijn eigen ontwikkeling als trainer-coach. Hij heeft zich, net zo veel als collega's, jarenlang schuldig gemaakt aan het eenzijdig bepalen van wat er moet gebeuren. Gaandeweg heeft hij geleerd dat communicatie een waardevol instrument is om tot een beter onderling begrip en dus betere prestaties te komen: 'Coachen die je samen'. In de 'roze olifant' beschrijft Marc zijn kennis van NLP en het feit dat het menselijk brein het woordje 'niet' niet kent. Als je gaat denken dat de tegenstander niet de gelijkmaker gaat maken dan ga je er dus juist aan denken. Zijn kennis van NLP heeft ertoe geleid dat hij ook mentale training introduceerde in de hockeywereld. In het laatste deel van zijn boek gaat Lammers nog in op de volwassenheid van de coach en worden er regelmatig vergelijkingen gemaakt met de directeur/manager in het bedrijfsleven. Hij geeft aan dat er nog veel meer uit te halen valt door nog meer aandacht te besteden aan de mens in het team of het bedrijf. Al met al worden door Marc Lammers allerlei wijze levenslessen beschreven die hij heeft mogen beleven en die hem en zijn Nederlandse Hockeysters op het huidige niveau hebben gebracht. Hulde daarvoor. Wel zullen de managers die dit boek gaan lezen zich afvragen of zijn opmerkingen over het bedrijfsleven zo direct toepasbaar zijn. De opmerkingen zijn niet onderbouwd en lijken kort door de bocht. Natuurlijk zit er wel een gemeenschappelijke kern in en een winnende coach heeft altijd gelijk toch? Het boek beschrijft vooral het verhaal van Marc en eenieder kan hier uithalen wat hij wil. Voor mij was het het verhaal van Marc. Leuk om (snel) te lezen. Lammers sluit af met de opmerking dat zijn 'leesblindheid' hem heeft gedwongen zijn potenties op andere terreinen te verkennen en aan te boren. Daarom is dyslexie voor hem geen handicap, maar een gave. Maar die gave moet je wel (durven) benutten. En dat heeft hij, denk ik na het lezen van zijn verhaal, ook gedaan.
Over Ludo de Bie
Drs. L.M.W. de Bie is manager operations bij Avans+, improving professionals en zelfstandig docent/trainer/adviseur op het gebied van management control. Hij is daarnaast beoordelaar van Request For Comment (RFC). RFC verzorgt de externe beoordeling van scripties voor onderwijsinstellingen, waaronder Business School Nederland.