Friedman begint zijn boek met een beschrijving hoe de aarde plat geworden is. Een tiental krachten heeft gezorgd voor een geglobaliseerde wereld, startend op 9 november 1989, de val van de Berlijnse Muur. Via de beursgang van Netscape, het ontstaan van workflowsoftware beschrijft Friedman de trends outsourcing, offshoring en supply-chaining.
Het eerste deel is een knap betoog waarin te merken is dat een journalist aan het woord is. Hij is in staat om trends en ontwikkelingen met elkaar te verbinden, elk argument versterkt de kernboodschap. Door internet en open sourcing wordt kennis breed beschikbaar en is het mogelijk deel te nemen aan de economie als je de beschikking over een computer met internetverbinding hebt. De effecten van uitbesteding worden vaak negatief onder de aandacht gebracht. Het verlies van werkgelegenheid staat daarbij centraal. Onderzoeken geven aan dat uitbesteding ook een middel is voor Westerse bedrijven om voet aan de grond te krijgen in moeilijk doordringbare consumentenmarkten als India en China. Verder levert banencreatie in het buitenland voor Amerikaanse bedrijven ook voor toenemende werkgelegenheid in eigen land. Dus alleen maar somber zijn over outsourcing is niet terecht! Wat Friedman met name wil bereiken is dat mensen inzien dat de huidige ontwikkelingen slechts het topje van de ijsberg zijn. Er is een fundamentele verschuiving gaande in de manier waarom mensen zaken doen en samenwerken. In de Westerse economie hoeft men niet te vrezen, mits we de mouwen opstropen, de toenemende concurrentie onder ogen zien, zorgen voor bijscholing en blijven investeren in innovatie. Er wordt een soort vijfstappenplan gepresenteerd voor het competitief houden van een economie. Start met vereenvoudiging en deregulering, verbeter eigendomsrechten, zorg voor internetinfrastructuur en gebruik dit bij de uitvoering van regelgeving, dring de bemoeienis van rechtbanken in zakelijke conflicten zoveel mogelijk terug en tenslotte maak van hervormingen een doorlopend proces. Twee negatieve kanttekeningen moeten gemaakt worden. Ten eerste had het boek minder wollig en uitgebreid geschreven kunnen worden, het opnemen van pagina's uit andere boeken of ontvangen emails is onnodig. En ten tweede moet gezegd worden dat 'De aarde is plat' geen genuanceerd boek is. Friedman doet er alles aan om de lezer mee te krijgen in het beeld dat deze globalisering zich razendsnel voltrekt en dat het vrede en voorspoed voor alle betrokkenen brengt. Zijn theorie is dat alle landen die deel uit maken van de productieketen van computerproducent Dell, onderling geen oorlog zullen voeren. Dat roept bij mij de vraag op of je van een journalist niet meer nuance mag verwachten. Maar goed, de strijders tegen globalisering en outsourcing komen al voldoende aan het woord, dus het kan geen kwaad dat nu eens een voorstander aan het woord is. In Amerika wordt veel gesproken over dit boek van Friedman, hopelijk gaan we dat in Nederland en Europa ook doen!