Het valt direct op dat Thiel een goed belezen ondernemer is, en dat is niet verwonderlijk als voormalig student van Stanford. Hij stelt dat de grootste kracht van een nieuw bedrijf gelegen is in een nieuwe manier van denken. Dat klinkt wat filosofisch en dat is nu net het vakgebied waar Thiel meerdere graden in heeft behaald bij zijn oude universiteit.
Maar wie een wollig verhaal (in zoverre filosofen ‘wollig’ zouden zijn) zou verwachten met vage vragen, heeft het mis. Thiel is bepaald geen filosoof. Hij is een gedreven (jonge) man met een duidelijke visie op de toekomst die gelooft dat de grootste vooruitgang voor een bedrijf gerealiseerd kan worden door nieuwe dingen te maken. Hij zet dit af tegen een meer routinematige wijze van zakendoen die gebaseerd is op de ambitie om veel bestaande producten verkopen.
Door het gehele boek heen wordt het de lezer duidelijk dat het opzetten van een start-up niet vergeleken moet worden met het leiden van een bestaand bedrijf. Andere waarheden gelden. Daarom stelt Thiel: de eerste stap naar helder denken, is vraagtekens zetten bij wat je over het verleden denkt te weten.
Als lezer vraag je je af of Thiel een bepaalde leeftijd voor startende ondernemers in gedachten heeft. Immers; wie net van school komt en een bedrijf opricht, zal niet zo snel vraagtekens zetten bij het verleden; er is immers geen verleden. Toch is dat niet waar: want ook de school speelt daarin een (kwalijke) rol.
Thiel houdt zijn lezers voor dat het creëren van een monopoliepositie een belangrijke strategie is. Dat klinkt erg heftig denk ik dan, maar Thiel overtuigt me in zijn uitleg. Monopolisten zijn bedrijven die zo goed zijn in hun specialisme dat geen enkel ander bedrijf een substituut kan leveren dat daaraan kan tippen. Dat is waar een start-up zich op moet richten. En dat is een geheel andere strategie dan te concurreren met andere bedrijven, bijvoorbeeld op prijs, wat hij juist veroordeelt. Monopolisten hebben een langetermijnstrategie en het geld dat dat oplevert, wenden ze aan voor research en ontwikkeling.
Maar het grote probleem is dat de gehele samenleving doortrokken is met het begrip ‘concurrentie’. Bedrijven zijn vooral aan het concurreren met elkaar in plaats van waarde toe te voegen voor hun klanten. Ook scholen doen daar hard aan mee: leerlingen en studenten concurreren met elkaar in plaats van het beste uit zichzelf te halen.
Een andere les die uit het boek te halen is (en dat tevens het omver werpen van een heilig huisje is), is dat een start-up niet zozeer als eerste de toekomst moet willen aankomen maar de laatste beslissende klap moet uitdelen. Hier deelt Thiel een klein tikje uit naar bekende strategen uit de vorige eeuw Hamel en Prahalad – wiens namen hij overigens niet noemt.
Maar Zero to one is m.i. het meest interessant wanneer Thiel het heeft over die toekomst. We zijn naar zijn mening te ‘onbepaald’ bezig en geloven erin dat toeval en geluk een enorme rol spelen. En hier krijgt auteur Malcolm Gladwell een veeg uit de pan, die wel met naam en toenaam wordt genoemd, die in een van zijn boeken juist de invloed van geluk en toeval heeft beschreven.
We hebben geleerd de macht van het toeval te overschatten en belang van planning te onderschatten, vindt Thiel. Maar deze ‘kritiek’ geldt m.i. niet alleen voor Gladwell, want we kunnen hier nog meer namen bedenken, zoals die van Nassim Taleb.
Toch zie ik dit niet als kritiek op deze auteurs maar als een aanscherping van kijken specifiek op start-ups gericht. Anders gezegd: veel bekende theorieën zijn wellicht geldig voor bestaande organisaties, maar juist niet voor start-ups. Een start-up moet zich in de ogen van Thiel richten op een ‘specifieke’ (in plaats van ‘onbepaalde’) toekomst.
En dat is de tevens de hoofdboodschap van dit boek: We moeten de weg terugvinden naar een specifieke toekomst. Hoe: door op te houden met zeuren over toeval, want we zijn geen lootje uit de loterij.
Over Peter de Roode
Drs. Peter de Roode is zelfstandig adviseur en trainer. Hij ondersteunt organisaties bij het invoeren van grootschalige veranderingen waarbij gedragsverandering centraal staat.