Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Recensie

Tussentaal - ‘Wat een geweldig boek’

Als persoonlijkheidspsycholoog heb ik de neiging om ‘in’ mensen te kijken, om van daaruit voorspellingen te doen over bijv. geschiktheid voor een functie. Natuurlijk neem ik contextuele factoren mee in mijn afwegingen, zoals cultuur en type leiderschap, maar het vertrekpunt is toch zowat altijd de unieke persoon, en diens specifieke eigenschappen.

Danny Mullenders | 5 maart 2024 | 5-6 minuten leestijd

Marijke Spanjersberg nodigt ons met Tussentaal uit om juist meer aan de oppervlakte te verblijven, en bijbehorende taal te ontwikkelen en benutten. In Rumi’s woorden: ‘je denkt, omdat je een begrijpt, je ook twee moet kunnen begrijpen omdat een en een twee maakt, maar je moet ook en begrijpen.’ Wat mij betreft is ze ruimschoots geslaagd in haar onderbouwing en haar uitnodiging om vooral te kijken naar wat er zich tussen mensen afspeelt.

Binnen en tussen

Ze start dit boek met het intrigerende verschil tussen in-mensen-taal en tussen-mensen-taal. In-mensen taal is gefocust op wat er in onszelf of binnenin de ander gebeurt, terwijl er met tussen-mensen-taal uitdrukking wordt gegeven aan wat er zich tussen mij en de ander afspeelt. Het valt haar op dat we, bewust en onbewust, gericht zijn op in-mensen-taal. En van daaruit vragen stellen als: ‘wat drijft je?’ of ‘wat wil je graag?’. De cruciale vraag is dan waarom het zo van belang is om meer aandacht te hebben voor tussen-mensen-taal. Spanjersberg betoogt dat een teveel aan in-mensen-taal en een tekort aan tussen-mensen-taal onze innerlijke ruimte te vol maakt, en onze tussenruimte te leeg.

Twee delen

Het boek is een verhaal in twee delen: over het hoe en het waarom van het heersende idee dat we vooral naar binnen moeten kijken om de wereld te begrijpen, wat we middels dieptetaal expliciet maken. En in deel twee brengt ze bijeen wat de zoal heeft verzameld om ‘onze talige  tussenruimte te vergroten en verrijken (tussentaal).

Individuele zelfbeschikking 

In de afgelopen 2500 jaar hebben we als mens een ontwikkeling doorgemaakt van focus van op het goddelijke naar focus op zelfbeschikking en ons autonome ik. Spanjersberg beschrijft aan de hand van de invloed van Plato, Augustinus, Montaigne, Descartes, Locke, Goethe en Freud hoe we tot het huidige punt zijn gekomen. ‘In een wereld’, zoals Spanjersberg zegt, ‘schraal door de neoliberale wind die er nog steeds doorheen waait’, en waar we vooral opgevoed worden om het individu centraal te stellen en individuele zelfbeschikking vóór alles te stellen, is het nogal een uitdaging om uit te gaan van onderlinge afhankelijkheden en relaties. Waar nu, in onze alledaagse, individuele woorden als ‘achieve’, ‘own’, en ‘special’ toe, het voor het zeggen hebben, terwijl woorden die uitdrukking geven aan gezamenlijkheid, zoals ‘belong’, ‘share’ en together’ zich op de achtergrond bewegen.

Tussentaalfocus

Een stap naar meer tussentaalfocus is zeker te zetten, maar wordt danig bemoeilijkt door overtuigingen als ‘tussen mensen kijken komt op mij een beetje oppervlakkig over’. Ook denken we vaak dat de échte oplossingen pas ontstaan als er van buitenaf met grote precisie ingegrepen wordt op wat er aan de binnenkant speelt.  Hierop stelt Spanjersberg dat we ‘mentaal overmoedig’ zijn en een te grote nadruk leggen op diep en transparant. Tevens, Omdat we zogezegd experts van onze eigen binnenkant zijn, denken we ook dat we dat ook zijn als het de binnenkant van de ander betreft.

Fundamentele attributiefout

Auw ... Als coach en assessmentpsycholoog voel ik me hier toch wel een beetje op de vingers getikt. En toch, ik snap wat ze zegt, de ‘fundamentele attributiefout’ (het overschatten van persoonlijkheid en onderschatten van de invloed van omgeving als verklaring voor het gedrag van de ander) ligt heel makkelijk op de loer bij het interpreteren van andermans gedrag. Ik voel dus zeker wel iets voor haar pleidooi voor meer balans tussen in-mensen focus en tussen-mensen focus.

Herwaardering van de oppervlakte

In deel twee geeft ze duiding aan hoe daar te komen. Ten eerste via een herwaardering van de oppervlakte. Ten tweede helpt het als we onze relationele grondhouding de ruimte geven. Meer specifiek: respect voor en nieuwsgierigheid naar wat er zich tussen mensen afspeelt, zo ontstaat er speelruimte. Ze zegt het heel mooi: ‘vanuit zo’n grondhouding kun je als het ware elastiekjes aan woorden knopen en ze uitrekken tot ze ook een relationele dimensie krijgen’.

Pluskukel

Vervolgens komen drie soorten tussentaal aan bod: het experimenteren met bestaande of nieuwe taal, tussentaalse beeldtaal, en spelregeltaal. Experimenteren met taal lukt, als het vertrekpunt is dat het probleem niet in mensen zit, maar dat het probleem zich tussen mensen en de wereld bevindt. Daarbij kunnen nieuwe woorden helpend zijn: als er een minkukel is, waarom zouden we het dan niet ook over pluskukel hebben? Beeldtaal betreft taal die met behulp van visuele representaties uitdrukking geeft aan wat er zich tussen personen afspeelt. Deze quote is ook erg mooi: ‘Het plaatje is geen foto, het is een film die je even stilzet om goed te kunnen kijken. En meestal kun je de film daarna verder afspelen’. Als derde de spelregeltaal; spelregels geven uitdrukking aan hoe we ons tot elkaar verhouden.

Tussen de regels

Iets van kritiek op dit boek? De laatste hoofdstukken over de drie soorten tussentaal zijn pittig om te lezen. In ieder geval voor mij. Ik lees tussen de regels door dat Spanjersberg ook zoekende is, en zoals ze zelf ook zegt, het boek is een verkenning. Het is prettig dat ze deze hoofdstukken ondersteunt met haar eigen ervaringen met onder meer Management Teams, dat doet de soms abstracte inzichten concreet tot leven komen.

Systemische blik

Als persoonlijkheidspsycholoog groeit na het lezen van dit boek mijn waardering voor de systemische blik. Wat een geweldig boek zeg. Mijn take away: natuurlijk kun je denken vanuit ‘in iemand huist een essentie’, er is altijd nog een relatie en context die mede bepalen welk gedrag zich toont. Als een psycholoog in een assessment de competentie ‘samenwerken’ scoort, dan ziet ie op z’n meest een groot stuk van die puzzel. Dat vraagt om bescheidenheid: je hebt slechts één individu voor je en samenwerken vraagt per definitie meer mensen.

Betekenis zit dus zeker niet alleen in de mens, die ontstaat vooral ook in menselijke interacties en met behulp van navenante tussen-mensen-taal, dat toont Spanjersberg overtuigend aan met Tussentaal.

Over Danny Mullenders

Danny Mullenders is assessmentpsycholoog, coach, auteur en spreker. Als expert op het gebied van organisatiepsychologie helpt hij mensen, teams en organisaties hun keuzeruimte te zien én benutten. Hij ontwikkelde zich tot een van Nederlands meestgelezen psychologen en coaches. Hij schreef de # 1 bestsellers Daarom doen ze dat en Laat je niet kiezen. Op dit moment schrijft hij aan zijn derde boek.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Boek bij dit artikel

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden