De mens is een sociaal dier, zo openen de auteurs De Relatiemonologen. ‘We worden gedefinieerd door onze relaties met anderen.’ Ze maken daarbij een onderscheid tussen gegeven relaties, in gezinsverband, en gekozen relaties. Een interessante keuze is dat ze de werkrelaties ook onder de tweede categorie scharen. Met als argument dat je van werk kunt veranderen, niet van familie. Helaas merk ik in mijn coachpraktijk inderdaad best regelmatig dat mensen vanwege slechte relaties met hun baas of collega’s van baan willen veranderen…
Alle relaties mee naar het werk
Omdat het boek zo’n breed palet aan relaties beschrijft, heb ik het gelezen door de bril van twee van mijn stokpaardjes: het effect van alle soorten relaties op het werk en inzichten over gender en relaties. Wat dat eerste betreft: het deel van het boek dat over werkrelaties gaat, is het laatste van het boek. Dat zou kunnen suggereren dat ze het minst belangrijk zijn, maar door de lijn van het boek vond ik vooral verhelderend om te zien hoe álle relaties die iemand heeft, invloed hebben op hun gedrag op het werk. Ook als je liefdesverdriet of vriendschapsverdriet hebt, een begrip dat schrijver Alma Mathijsen graag wil introduceren.
Niet meer dan logisch natuurlijk, je neemt jezelf altijd mee. En alles wat je meegemaakt hebt en meemaakt in je privéleven speelt mee. Er zijn meer verbanden. De bijdragen die in het deel over vriendschap gaan, op het schoolplein bijvoorbeeld, zijn enorm herkenbaar op de werkvloer. Wie is het populairst en stelt de normen, wat is het effect van pestgedrag? Therapeut Carolien Roodvoets legt expliciet de relatie: mensen met een slechte hechting in hun jeugd kunnen gevoelig zijn voor burn-outs doordat ze een enorme prestatiedrang tentoonspreiden, of ze zijn snel gekwetst en belanden snel in conflicten met collega’s of hun leidinggevenden. Het kan dus beslist geen kwaad om als leidinggevende een basiskennis van psychologie te hebben!
Genderverschillen
In een aantal interviews komen genderkenmerken en -verschillen expliciet aan de orde. Verdrietig werd ik van therapeut Wim van Lent, die in zijn monoloog over mannenvriendschappen vermeldt: ‘als jongetje heb ik hier, in mijn buik, de bedrading naar mijn gevoel moeten doorknippen om bij de mannen te horen.’ In zijn werk hoort hij vaak dat mannen zich ervoor schamen als zij hun gevoel laten zien aan elkaar.
Primatoloog Robin Dunbar doet wel erg stevige uitspraken over het verschil tussen mannenvriendschappen en vrouwenvriendschappen: door biologische en culturele verschillen zouden vrouwen hechte vriendschappen aangaan en als die eindigen, dan voelt dat voor hen of er een liefdesrelatie is verbroken. Want mannen waren nu eenmaal de krijgers, die in groepsverband opereerden. Mmm… ik ga De Patriarchen er weer eens op nalezen…
Neurowetenschapper Iris Sommer verklaart aan de hand van verschillen tussen breinen van vrouwen en mannen verschillen in gedrag op de werkvloer. Ook niet onomstreden, merkte ik bij het volgen van felle discussies op LinkedIn. Mijn ervaring bij het coachen van vrouwen is dat het juist nuttig is om hier meer van te weten. Dat vrouwen meer geïnterrumpeerd worden dan mannen, bijvoorbeeld. Dit is niet iets om je bij neer te leggen uiteraard. Snappen hoe dat komt, is een fijn begin.
De Relatiemonologen is een prettig leesbaar boek dat je vanuit vele perspectieven laat nadenken over relaties. Interessant voor ouders, broers, zussen, collega’s, manager, ach, voor wie eigenlijk niet?
Over Liesbeth Tettero
Liesbeth Tettero is trainer en coach in het openbaar bestuur (www.publice.nl) en van ambitieuze vrouwen (www.feministerie.nl).