Waar gaat dit boek over?
Over de vraag wat het verschil is tussen winnaars en verliezers. Het antwoord luidt: veerkracht. Het leven is één grote afvalrace en degenen die doorzettingsvermogen hebben, niet in paniek raken en veerkrachtig zijn, worden uiteindelijk winnaars. Van de twintig mensen die ergens aan beginnen (zeg een managementtraject) haalt er maar één de top. Negentien vallen af. Verstappen wordt wereldkampioen in de Formule 1. We zien het succes, maar zien niet dat hij negentien jaar heeft geploeterd als underdog. Hij bezit ultiem doorzettingsvermogen. Veerkracht. Dat gaat overigens ook altijd gepaard met afgunst. De supports van zijn tegenstrever Sergio Perez gunnen Verstappen niks. Dat kun je als negatief zien, maar afgunst is ook een middel om te groeien en om iets beter te gaan doen. Voor de afgunstige Perez zal - als hij echt doorzettingsvermogen heeft - Verstappen de motivatie zijn beter te worden.
Underdog zijn is dus een goede winstrategie?
Zeker. Underdogs worden onderschat. Maar ze vallen wel de zittende macht aan. Zoals Perez Verstappen aanvalt. En Verstappen Hamilton aanviel. Steve Jobs wist weinig van computers maar was wel in staat IBM en Microsoft aan te vallen. Phil Knight viel met Nike ook de gevestigde schoenenorde aan. De zachte G en Brabant hebben het misschien wel mogelijk gemaakt dat Eindhoven de arrogante Randstad versloeg als tech-metropool. Veel immigranten (denk aan Syriërs die hier arts worden) schoppen het ver omdat ze doorzettingsvermogen hebben. Nederlanders waren de underdog tegen de zee, maar wisten de zee te verslaan. Wie wil vechten, doorzettingsvermogen heeft, wordt uiteindelijk van underdog een topdog. De truc is dat je een sociaal netwerk moet creëren waarin je als individu of als bedrijf steun krijgt van je publiek. Ook in moeilijke tijden. Kijk naar Tony Chocolonely. De underdog heeft altijd de sympathie van het publiek. Maak er gebruik van. Ook binnen een bedrijf als je wat wilt bereiken. Feyenoord had dit seizoen niet de beste spelers, maar als underdog waren ze in staat kampioen te worden. Never underestimate de underdog. De underdog is geen loser maar – in the end – een winnaar.
Het is een boek vol sportmetaforen. Noem er eens een paar in relatie tot de underdog-positie, die uiteindelijk een winnende blijkt te zijn.
Ik beschrijf het Noppert-effect. Was Andries Noppert nu echt de beste keeper voor Oranje? Hij kreeg wel de gunfactor van het publiek. Hij was –anders dan topdog Jasper Cillessen – de underdog. Hij won, maar moest wel bewijzen dat hij goed genoeg was. Je moet je plek ook afdwingen. Topdogs kunnen ook hard vallen. Kijk naar Messi. Die doet het nu nog voor het geld bij PSG. Vliegt even naar het Midden Oosten voor een nieuw contract. De kleedkamer staat dan geïrriteerd op. Mbappé is daar nu de grote man. Messi (who is this guy?) werd arrogant en gaf de underdogs de kans op te staan als nieuwe leider. Kijk ook naar Philips. Zij waren een topdog, maar verkochten (nogal arrogant) kroonjuwelen als ASML en NXP. Samsung hield de chips zelf. De les voor topdogs om voorsprong te behouden is: kijk altijd naar de underdog, word niet arrogant en snap dat je veel te verliezen hebt. Dat geldt zowel op corporate als ook op individueel vlak. Mensen met ambitie krijgen altijd de kans, als ze doorzetten en veerkracht tonen, om ergens topman/vrouw te worden. Eigenlijk moet je er trots op zijn underdog te zijn.
Is het succes van de BBB in Nederland ook een voorbeeld van de underdog die de kans kreeg omdat de topdogs arrogant werden?
Absoluut. Je kunt van de BBB vinden wat je wilt, maar de zittende macht was arrogant en onderschatte wat er in het land aan de hand was. Een goede topdog luistert naar zijn omgeving. Als Rutte dat niet alsnog doet, ligt hij eruit. Het grote gevaar van Red Bull in de Formule 1 is dat ze de concurrentie onderschatten en lui worden. Mercedes waande zich ook onverslaanbaar, tot ze door een underdog werden ingehaald. Winnaars zijn underdogs die kunnen vechten. Winnaars zijn mensen tegen wie gezegd werd ‘je kunt het toch niet’, maar die het tegendeel wilden bewijzen. Nu nemen we kinderen die verschrikkelijke CITO toets af en zeggen daarmee eigenlijk: jij komt er wel en jij niet. Maar de loodgieter van de toekomst verdient vermoedelijk meer dan de slimme notaris. Die laatste wordt ingehaald door Chat GPT. Veerkracht toon je door te zeggen: ik kan het wel. Dat je een winnaar wordt, is geen garantie. Maar tegen veel echte winnaars is vaak gezegd dat het losers waren.’
Waarom speelt afgunst zo’n grote rol in uw boek
Omdat iedereen afgunstig is en van leedvermaak houdt. Afgunst is een middel om hogerop te komen. Je kunt afgunst als positief maar ook als negatief zien. Laat ik een voorbeeld geven. Prins Harry wist dat hij geen koning kon worden. Daarom was hij jaloers op zijn broer. Hij was de loser en zou nooit topdog worden. Die afgunst kon hij desondanks in zijn voordeel gebruiken. Hij trouwde met een aantrekkelijke en charmante vrouw, was geliefd bij militairen en stichtte een charity. Dat voordeel had hij uit moeten bouwen. Zijn plek kennen en gelukkig worden in wat haalbaar is. Maar hij is in de slachtofferrol gekropen. Prins Harry kon zijn boosheid als gevolg van afgunst niet kanaliseren. De zus van Charles, prinses Ann, heeft dat veel beter begrepen. Die heeft een rol gepakt en wordt daardoor bewonderd. Heeft de gunfactor bij sympathisanten. Winnaars zijn mensen die die boosheid wel aankunnen en middels veerkracht uiteindelijk winnaar worden. Al hoeft dat niet te betekenen dat je altijd topman/topvrouw wordt. Niet iedereen kan CEO worden. Maar Harry haalde uiteindelijk niet het balkon toen Charles gekroond werd. En dat was vernederend. Uiteindelijk is hij een loser. Topdogs of mensen die het maximale uit hun carrière halen, blijven altijd met beide benen op de grond staan. Het zijn harde werkers. Een omgeving ziet dat, ze krijgen een gunfactor, en uiteindelijk dwingen ze succes op die manier af. Winnaars rusten niet op hun lauweren. Veel topatleten waren in hun jeugd geen top(dog) maar bereikten de top door hard te werken. Veel stukken van Mozart werden afgekeurd door zijn opdrachtgevers, maar hij werd er alleen maar een betere componist door. Hij had een veerkrachtig brein. Dwong zijn succes af in een wereld vol afgunst met talent, hard werken en ambitie.’