En dat is zonde, weggegooid geld, zegt Marjon Oosterhout in haar pas verschenen boek Vliegen op eigen kracht. Zij heeft zich daarbij mede laten inspireren door de uitgangspunten van de Amerikaanse schrijver Jim Collins. Oosterhout verwijst naar het onderzoek uit het succesvolle Good to Great waarin zes eigenschappen worden geïdentificeerd die excellent presterende organisaties onderscheiden van goed presterende bedrijven. Een van de eigenschappen is het zogenaamde ‘hedgehog concept’. Het ‘egelprincipe’ in goed Nederlands.
Het grootste talent van de egel is zonder twijfel zijn vermogen om zich razendsnel op te rollen wanneer er gevaar dreigt. Collins ziet hier een parallel met succesvolle bedrijven, namelijk de focus op datgene waar ze het best in zijn of kunnen worden, en de focus op zaken waar binnen de eigen organisatie evidente passie voor bestaat. Oosterhout concludeert dat dit laatste principe ook van toepassing is op getalenteerde individuen. Mensen die werk doen waar ze passie voor hebben, hebben meer zelfvertrouwen, presteren beter en hebben meer succes. In haar ogen hebben activiteiten die individuen helpen hun talenten verder te ontwikkelen veel meer effect dan activiteiten die proberen kwaliteiten te ontwikkelen waarvoor geen passie of aanleg aanwezig is.
Het lijkt daarom zinvol om organisaties en individuen in dit licht inzicht te geven waar ze goed in zijn en waar ze, op termijn, het beste in zouden kunnen worden. Dat kan als consequentie hebben dat een talent wel professionele of persoonlijke groei nastreeft (bijvoorbeeld door zich te specialiseren), maar de hiërarchische ladder niet verder wil beklimmen omdat die beklimming simpelweg niet past bij de eigen kwaliteiten en talenten. Oosterhout hanteert een helder ontwikkelingsmodel om die mogelijke groei in kaart te brengen. Ze onderscheidt vijf simpele elementen die moeten leiden tot dieper zelfinzicht en vervolgens tot zelfontplooiing: passie, aspiratie en ambitie, kwaliteiten en talenten, zelfvertrouwen, inzicht in waar men niet goed in is, en het nut van het netwerk.
Oosterhout heeft een praktisch boek geschreven voor iedereen die zich bezig houdt met talentontwikkeling. Ze zet in heldere en begrijpelijke taal uiteen hoe je er zelf achter kunt komen wat bij je past en op welke wijze je je talenten het best kunt inzetten om je ambities te realiseren. Omdat ze geen enkele poging doet om zaken te bedekken onder een sluier van complexiteit, zullen veel bedrijven haar boodschap als een open deur ervaren en er verder geen acht op slaan. Volkomen onterecht! Want helaas leert de praktijk dat nog niet de helft van de bedrijven serieus werk maakt van maatwerk bij de talentontwikkeling. Of zoals de auteur in niet mis te verstane woorden stelt: ‘Common sense does not mean common practice.’