In 2012 gaf sociaal psychologe Amy Cuddy een inmiddels klassieke TED-Talk over lichaamstaal. Hoogtepunt was een simpele oefening om het zelfvertrouwen een oppepper te geven: neem twee minuten lang een Superman-houding aan met de kin omhoog, de benen wijd, en de armen in een V-vorm in de lucht. Als we onszelf fysiek breed maken, zo blijkt, stralen we niet alleen meer macht uit, maar beïnvloeden we ook onze hormoonhuishouding. Power posing stimuleert de aanmaak van testosteron en onderdrukt de afgifte van het stresshormoon cortisol. De veranderingen in lichaamstaal die daarmee gepaard gaan kunnen jarenlang doorwerken, want doorslaggevende momenten in het leven worden vaak bepaald door de eerste indruk.
Drieënhalf jaar en meer dan dertig miljoen views later presenteert Cuddy haar onderzoek in boekvorm. In Presence gaat de psychologe in op de wetenschappelijke inzichten achter de verbindingen tussen lichaam en geest. Cuddy, die verbonden is aan Harvard Business School, geeft daarnaast ook praktische tips om het meeste uit onze lichaamstaal te halen. Zo is het misschien geen goed idee om vlak voor een belangrijke ontmoeting je mail of je Facebook-pagina te checken. Door ons over onze smartphone te buigen maken we onszelf namelijk klein, waarmee we onbewust ook het zelfvertrouwen ondermijnen.
Over smartphones gesproken: staat het mobieltje tijdens de feestdagen gewoon aan, of wordt het van de dinertafel geweerd om de conversatie te stimuleren? Als dat laatste het geval is, dan bent u waarschijnlijk in de minderheid. Uit Amerikaans onderzoek blijkt dat maar liefst 89 procent van de volwassenen de gewoonte hebben om tijdens gesprekken een blik op hun telefoon te werpen - en daarmee hun conversatiepartner feitelijk op pauze te zetten. In Reclaiming Conversation luidt MIT-psychologe Sherry Turkle de noodklok over dit soort affronten. De eerste slachtoffers van phubbing (phone snubbing) zijn empathie en zelfreflectie, aldus Turkle, die bij MIT de leerstoel Sociale studies van wetenschap en technologie bekleedt. Uit metingen blijkt dat het inlevingsvermogen van bijvoorbeeld studenten de afgelopen twintig jaar met veertig procent is afgenomen. De sociale implicaties van deze trend zijn funest. Zo kan het gebeuren dat mensen uit verveling zelfs tijdens begrafenissen sms'jes beginnen te sturen.
Het goede nieuws is dat de effecten van overmatig technologiegebruik niet blijvend hoeven zijn. Bij tieners die zonder mobieltjes op kamp gaan blijkt het inlevingsvermogen binnen vijf dagen alweer een stijgende lijn te vertonen, puur en alleen omdat ze weer persoonlijk met elkaar beginnen te praten.
Fouten maken doen we allemaal. Het vermogen om van die vergissingen te leren is echter een stuk minder mensen gegeven. Dat komt voor een belangrijk deel door het stigma dat aan mislukkingen kleeft. Of we het nu leuk vinden of niet, we zijn geprogrammeerd om ons falen onder het tapijt te schoffelen, schrijft de Britse Times-journalist Matthew Syed in Black Box-denken. Deze psychologische beschermingsconstructie heeft soms dodelijke gevolgen. Syed geeft het voorbeeld van een piloot bij United Airlines, die tijdens een vlucht in 1978 geobsedeerd raakte door een haperend landinggestel. Hij trok zoveel tijd uit om het euvel te herstellen dat hij te laat opmerkte dat de brandstof opraakte. De crash kostte acht mensen het leven.
Dankzij de informatie in de zwarte doos heeft de luchtvaart-branche geleerd om dit soort blunders te vookomen. In andere sectoren blijven bedrijven echter hardnekkig vasthouden aan het ontkennen van fouten. Als oplossing suggereert Syed de zogeheten randomised control trial, een aanpak die al wordt toegepast door organisaties als creditcard-bedrijf Capital One en techgigant Google. Hierbij worden bepaalde bedrijfsstrategieën rigoreus getest met een controlegroep. Dat geeft werknemers de mogelijkheid om van fouten te leren zonder dat daar de schande van een mislukking tegenover staat.
Hotelkamers zijn goedkoper als ze geboekt worden met de mobiele telefoon dan via de pc. Rode wijnvlekken verdwijnen het best door het kledingstuk minstens acht uur lang in een ijskoud bad te weken. En het ruimen van plakkende sneeuw gaat een stuk makkelijker door de schep vooraf in te spuiten met anti-aanbak spray. Zomaar een greep uit de bestseller Pogue's Basics: Life, waarin David Pogue meer dan 150 ideeën geeft om het alledaagse leven te vergemakkelijken. Als technologiejournalist van website Yahoo! verzamelt Pogue al jaren verrassende inzichten die bij nader inzien niet meer dan logisch zijn. Zo richten hotelketens die leegstand willen voorkomen zich op de impulsieve reiziger. En die maken doorgaans vooral gebruik van mobiele apps.
Pogue geeft daarnaast ook een tip voor degenen die tijdens de feestdagen zonder lucifers komt te zitten. Voor het aansteken van een diepe kaars blijkt een stengel ongekookte spaghetti een prima alternatief.
Over Jeroen Ansink
Jeroen Ansink is journalist in New York. Hij schrijft en schreef onder meer voor HP/De Tijd, Elsevier Weekly Magazine en Fortune.com. Voor Managementboek schrijft hij interviews. Ansink voltooide een vrij doctoraal in de Letteren aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en behaalde het certificaat Business Journalism aan de Wharton Business School aan de Universiteit van Pennsylvania.