De kernboodschap van ‘Kwaliteitsselectie bij reorganisatie en collectief ontslag’ van Jelle Dijkstra is: probeer reorganisaties te voorkomen, maar maak -als collectief ontslag onvermijdelijk is- gebruik van kwaliteitscriteria, checklists en hulpmiddelen die voorhanden zijn. Kwaliteitsselectie bij reorganisatie en collectief ontslag heeft een logische opbouw. In het eerste hoofdstuk wordt het wel en wee van reorganisaties geschetst, met als een van de belangrijke vragen waarom reorganisaties zo vaak moeizaam verlopen en zelfs verkeerd uitpakken. Vervolgens brengt de auteur de veranderde regelgeving en opvattingen over reorganisaties en collectief ontslag aan de orde, wat uitmondt in de oproep voor ‘een nieuwe aanpak’. Centraal daarbij staat een selectie op basis van kwaliteit, in plaats van of in combinatie met dienstjaren en leeftijd (anciënniteit en LIFO: last in first out). Hoe kunnen kwaliteitscriteria worden ontwikkeld en toegepast en welke stappen moeten daarbij worden gezet vormt het onderwerp van het vervolghoofdstuk. Daarna verlegt de auteur de focus als het ware naar de voorkant van het proces: hoe is de reorganisatie te voorkomen? Uiteraard is daarbij een belangrijke rol weggelegd voor het HR-beleid en de (kwaliteit van de) instrumenten waarover HR beschikt. Daarmee gaat het in deze tweede druk van het boek dus niet meer alleen om de vraag hoe reorganisaties het beste kunnen worden uitgevoerd, maar komt ook een preventieve aanpak aan de orde. Waarom het hele slothoofdstuk gewijd moet worden aan ‘Het Nieuwe Organiseren’ ontgaat me. Natuurlijk kan en moet gezegd worden dat organisaties niet statisch zijn, maar aan verandering onderhevig en dat een ‘nieuwe wereld van netwerken en talentpools’ ontstaat. Dat wordt met talloze mooie termen aangeduid, waaronder dus hier het nieuwe organiseren. Maar dan willen we in dit boek wel graag de uitwerking van zo’n nieuwe benadering op het onderwerp van dit boek: kwaliteitsselectie bij reorganisatie en ontslag. En dat ontbreekt. Het sterke punt van dit boek is dat de auteur een duidelijke route volgt: van de oorzaken en gevolgen van reorganisaties naar het vervolgens oplossingen aandragen. Hij doet dat bovendien op een praktisch goed toepasbare wijze. Daar dragen ook de bijlagen aan bij. Ze bevatten o.a. een handige checklist bij een reorganisatieproces, een voorbeeldbrief voor een melding voorgenomen collectief ontslag, een sociaal plan, sociale leidraad en een afvloeiingsschema. Goed bruikbaar voor zowel studenten als managers en HR-specialisten. Literatuur over dit onderwerp is zeker niet ruim voorhanden. Alleen al daarom is dit een nuttig boek. De bruikbaarheid zou echter nog toenemen door een register. Nu is het opzoeken van bepaalde onderwerpen wat lastig. Verder zou een beredeneerde bibliografie veel nuttiger zijn geweest dan de literatuurlijst die de auteur nu in het boek heeft opgenomen. We geloven echt wel dat hij kennelijk op enig moment een boek over ‘Aspecten van sociologisch onderzoek’ (Swanborn), ‘Lessen voor levenden‘ (Kübler-Ross) of ‘Recht, orde en burgerlijke ongehoorzaamheid’ (Schuyt) heeft geraadpleegd. Maar voor de gebruiker is het nuttiger te weten welke publicaties de auteur kan aanraden voor specifieke onderwerpen uit dit boek, bijvoorbeeld de communicatie bij een reorganisatieproces. Ten slotte raad ik voor een volgende druk een (extra) redactieslag aan; het kan een toch wat puntiger en vlottere schrijfstijl bevorderen en lange zinnen en wijdlopigheid voorkomen. Zo staan in de lopende tekst leuke praktijkvoorbeelden, maar door ze korter te beschrijven zou duidelijker kunnen worden wat de toegevoegde waarde van zo’n voorbeeld is. Dat neemt overigens niet weg dat het boek een nuttig en praktisch bruikbaar boek is.
Over Joost Naafs
Joost Naafs is auteur van verschillende boeken, waaronder 'Met zorg wonen' (Bohn Stafleu Van Loghum, 2010). Hij is directeur-bestuurder van ViaZorg, werkzaam voor zorg- en welzijnsorganisaties, op de terreinen arbeid, personeel en organisatie.