In de analyse gaat het niet om het politieke (on)gelijk van de eerste gekleurde President van de Verenigde Staten. Het gaat om de verpakking van de boodschap. Die verpakking moet de mensen zodanig pakken dat de inhoud voor waar aangenomen wordt. Dat is een hele kunst, want we leven in een plurale samenleving waar allerlei meningen -tot in de extremen aan toe- voorkomen. Hoe kun je die mensen allemaal binden? De Bruijn geeft een aantal ontwerprichtlijnen, zoals het scherp stellen van 'wij' en 'zij'. Dit geeft scheidslijnen, die vervolgens weer overbrugd kunnen worden met een politiek oxymoron. Dat is een woordpaar waarbij die woorden elkaar tegenspreken maar toch één samenhangend begrip vormen zoals bijvoorbeeld 'links-liberaal'. Zowel links (veel overheid) en liberaal (weinig overheid) horen zich aangesproken te voelen, althans daar hoopt GroenLinks op. Zo'n tegenstrijdige boodschap kan in een plurale samenleving door iedereen als helder beoordeeld worden.
Los van de inhoud staat de bekende oneliner, het 'resonerend refrein'. Was Jimmy Carter druk bezig met inhoudelijke tirades, Ronald Reagan antwoordde slechts: 'There you go again'. Obama herhaalde telkens zijn beroemde woorden: 'Yes we can'. Inhoudloos, maar voor iedere toehoorder geschikt. Niet polariserend, want dat dan kan de tegenpartij je slogan omkeren en tegen je gebruiken. Zorg voor een parallel beeld dat meerderen aanspreekt in plaats van een monolithisch beeld. Dit is een les die politici (van Keizer Augustus tot President Bush) hebben geleerd: spreek iedereen aan. Daarmee besluit het eerste deel van het boek. Het tweede en grootste deel van het boek gaat specifiek over twee toespraken van Barack Obama. Call to Renewal en A More Perfect Union. Beide toespraken hebben sterk bijgedragen aan de transformatie die Obama moest doormaken: van hard core-liberal naar uniting president. De onderliggende structuur van beide toespraken is hetzelfde. De Bruijn laat zien dat de presidentskandidaat - of zijn tekstschrijvers - de lessen uit het eerste deel goed begrepen hebben. Obama zet zichzelf neer als de personificatie van de scheidslijn: half blank en half zwart, seculier opgevoed maar later tot geloof gekomen. Zo is hij ook de vleesgeworden verbinding. De rol van 'charisma' blijft in het boek wel wat onderbelicht. Dat is jammer want het is de vraag hoeveel er van Obama's toespraken overgebleven was als ze door een zoutloze compromiszoeker uitgesproken werden. De auteur laat het bij de angst dat het dan een 'aan de ene kant, aan de andere kant' verhaal wordt. Een verdere bestudering van de rol van charisma lijkt me op zijn plaats. Misschien in een volgende uitgave? Barack Obama had succes met zijn toespraken. Telkens beschrijven ze een scheidslijn, gevolgd door het verbinden van beide delen door Obama. Hans de Bruijn heeft dat goed geïllustreerd. Wat hebben we hier als managers of adviseurs aan? Ook wij hebben te maken met conflicterende partijen. Zeker ook voor ons is het van belang om de verbinding te zoeken. Dat kan uitstekend door de verschillen heel expliciet te maken (de 'wij-zij' scheidslijn) en daarna op de scheidslijn plaats te nemen en de brug te slaan. Kunnen wij managers dat ook? Yes we can!
Over Joost van Driessen
Joost van Driessen is manager bij het Ministerie van Defensie. Hij is afgestudeerd in de informatica aan de Universiteit Leiden en deed zijn MBA-opleiding bij de Business School Nederland. Zijn werkterrein bevindt zich op het grensvlak waar organisatie en informatie elkaar raken.