De data-economie van Viktor Mayer-Schönberger en Thomas Ramge is anders. Het pakt het grote plaatje en analyseert de systeemverandering van markten met beperkte informatie waarin waarde is gereduceerd tot prijs naar data-rijke markten waarin verfijndere matchingsmogelijkheden zijn om tot een transactie te komen. Wie deze transformatie begrijpt, heeft het denkkader te pakken om de betekenis van allerlei innovaties te kunnen duiden.
Dit boek kijkt vanuit een economische invalshoek naar de concepten ‘markt’ en ‘bedrijf’ die beide mechanismen zijn voor menselijke samenwerking. De uitdaging van de markt is toegang te krijgen tot rijke, multidimensionale informatie en met behulp van matching-algoritmes die informatie te vertalen tot voorkeuren en beslisopties. De markt werkt decentraal, er is geen centrale macht die alles regelt. Met alle mogelijkheden van superkrachtige computers, cloud-computing, machine learning, algoritmes, data en netwerken neemt de macht van digitale marktplaatsen toe. Bedrijven hebben twee opties om daarop in te spelen. Ze kunnen inzetten op meer efficiëntie door digitale systemen en robots in te zetten. Of ze kunnen de kenmerken van de markt overnemen door te gaan werken met decentrale, zelforganiserende teams en een platte hiërarchie. Hoewel bedrijven verschillende voorkeuren hebben sluiten beide opties elkaar niet uit.
Mayer-Schönberger en Ramge analyseren de werking van data-gedreven systemen. Ze beschrijven de mechanismen van feedback-leren en bijbehorende systeemfouten, zoals gebrek aan diversiteit in het leerproces en versluierde centralisering van controle. Ze benoemen de zwakten van de data-gedreven markt en zijn een pleitbezorger van datadelen om de monopoliepositie van grote platforms als Amazon en Alibaba te breken. Daarbij maken ze onderscheid tussen data verzamelen en data gebruiken. Ook gaan ze in op de rol van de mens bij verregaande automatisering, die als eindbeslisser gaat over de keuzeopties die digitale systemen ons voorleggen. Waar ze niet op ingaan is de manier waarop zulke systemen ons bespelen en verleiden. Hoe ze onze psychologische zwakten misbruiken om ze aan hun platformen te kluisteren, bloot te stellen aan advertenties en te verleiden tot steeds weer consumeren. Ook grote maatschappelijke thema’s als privacy benoemen ze slechts beperkt.
De meest prikkelende stelling in het boek is dat de betekenis van geld minder wordt, omdat data een nauwkeuriger en gedetailleerder beeld geven. We blijven wel betalen met geld, maar als waardebepalend concept is geld voorbij gestreefd door data. Stiekem weten we dat wel. Alle gratis apps betalen we immers met onze data. Mayer-Schönberger en Ramge geven een heldere uitleg over de verdere consequenties hiervan voor de economie. Het basisinkomen en allerlei gedachten over de rol van de overheid komen daarbij ook aan bod.
De data-economie is een goed geschreven boek. Het heeft een duidelijke opbouw en de boodschap is helder verwoord. De vertaling is goed, al is veel jargon lastig in een even herkenbaar Nederlands woord te vervatten. Dit boek staat nu al in mijn top 10 voor 2018.
Freija van Duijne was van 2013 tot 2018 voorzitter van de Dutch Future Society. Zij heeft meer dan tien jaar werkervaring als toekomstverkenner en strateeg in diverse overheidsorganisaties. Freija werkt vanuit haar bedrijf Future Motions en geeft trainingen en lezingen op gebied van toekomstverkennen. Ze maakt deel uit van het collectief van toekomstdenkers voor de trendrede.
Over Freija van Duijne
Freija van Duijne was van 2013 tot 2018 voorzitter van de Dutch Future Society. Zij heeft meer dan tien jaar werkervaring als toekomstverkenner en strateeg in diverse overheidsorganisaties. Freija werkt vanuit haar bedrijf Future Motions en geeft trainingen en lezingen op gebied van toekomstverkennen.