Zodra problemen ter sprake komen, vragen we ons direct af of er wel oplossingen voor zijn. Of roepen we heel hard dat problemen niet bestaan, maar alleen maar uitdagingen of- nog erger- kansen. Dat is volgens Wouter Fioole een groot probleem. We hebben problemen met problemen. De manier waarop we met problemen omgaan, kan volgens Fioole ANDERS. Het probleem is vaak dat we fantastische oplossingen bedenken voor het verkeerde probleem. Daarom is het helemaal niet gek dat in organisaties projecten en verandertrajecten nog steeds vaker niet dan wel het gewenste resultaat bereiken. Door te weinig aandacht aan de diagnose van problemen te besteden, wordt het oplossen van problemen niet meer dan een doekje voor het bloeden. Het moet dus ANDERS.
Dit boek: Het probleem met problemen van Wouter Fioole, laat zien dat het anders moet en dat het anders kan. ANDERS is de methode waarmee je problemen tegemoet kunt treden. Je moet ze omarmen en als iets zinvols zien. Elke letter van het woord ANDERS staat voor een stap die je kunt doorlopen bij het aanpakken van de problemen waar je niet meteen een antwoord op hebt:
- Attitude
- Nieuwsgierigheid
- Doemdenken
- Evaluatie
- Realisatie
- Succes
Volgens Fioole moeten we met een andere Attitude tegen problemen aankijken. We moeten Nieuwsgierig zijn. We moeten onze ideeën onderuit halen met Doemdenken. We moeten Evalueren wat onze opties zijn. We moeten oplossingen Realiseren om zeker te weten dat we het juiste probleem hebben aangepakt. En tot slot moeten we het Succes achter het omarmen van problemen herhalen. Dit zijn de zes stappen die je moet doorlopen als je tegen een problematisch probleem aanloopt. Je hoeft niet meer te vechten, vluchten of verstijven. Een voorbeeld. Toen Fioole aan het schrijven was, vroeg hij zijn vriendin of ze al honger had. Blijkbaar een lastige vraag: ze antwoordde dat ze pas om twee uur had geluncht. Ze verving de vraag die ze niet kon beantwoorden door een gemakkelijker te beantwoorden vraag die hieraan gerelateerd was, namelijk wanneer ze voor het laatst had gegeten. ‘Ik had nog steeds geen idee of ze honger had of niet’. Het vervangen van een moeilijke vraag door een makkelijke vraag is zeker niet altijd slecht. Maak de volgende som maar eens: 9x99. Wat je waarschijnlijk doet is 9x100=900 en 900-9=891. Het wordt pas een probleem als je niet doorhebt dat je dit doet en niet genoeg gemakkelijke vragen kunt bedenken om de originele vraag volledig af te dekken. Volgens Fioole kennen we binnen organisaties het schijnbaar onoplosbare probleem van het laten slagen van organisatieveranderingen. Zo’n probleem knippen we op in makkelijk lijkende vragen over de manier waarop we het project willen veranderen. Daarbij schakelen we te pas en te onpas tussen verschillende veranderingsmethoden en -technieken. Maar deze vereenvoudiging van de vraag lost het totale probleem niet op. Organisatieveranderingen mislukken mede hierdoor nog steeds vaker dan ze slagen. Het vereenvoudigen van complexe vraagstukken mag wel, volgens Fioole, maar alleen als je je ervan bewust bent en je met de vereenvoudigingen nog steeds het hele probleem behandelt, zoals in het rekenvoorbeeld. Eenvoudiger maken zonder dat je het doorhebt of zonder het hele probleem af te dekken, levert je problemen op. Het is, zoals Einstein al zei: ‘Maak alles zo simpel mogelijk, maar niet simpeler dan dat.’
De Attitude ten opzichte van problemen is vaak het probleem. Ga maar na: als je een probleem in een organisatie hebt en je laat er een financieel expert naar kijken, dan is het probleem ongetwijfeld iets wat te maken heeft met de termen liquiditeit, cashflow of solvabiliteit. Vraag het aan een personeelsadviseur en het ligt aan de cultuur, de managementstijl of de arbeidsvoorwaarden. En een kwaliteitsmedewerker zal zeggen dat het mogelijk te wijten is aan het aantal productiefouten. Ook thuis kijk je waarschijnlijk totaal anders tegen problemen aan dan je partner. Zo is het voor Wouter Fioole geen enkel probleem dat de vaat op de aanrecht staat terwijl hij op de bank voetbal zit te kijken. Zijn - overigens fantastische vriendin - kijkt daar echter heel anders tegen aan. U herkent dat wel.
In zijn boek verduidelijkt Fioole op deze manier alle andere aspecten van ANDERS. Hij doet dat op een prettig leesbare, grappige en informatieve manier. Met leuke voorbeelden. Zoals deze bij de S van Succes. Succes moet je borgen met klikspanen, schrijft Fioole. De rockband Van Halen heeft die klikspanen in de vorm van M&M’s. In hun contracten laten ze opnemen, dat ze in hun kleedkamer een grote schaal M&M’s willen hebben. Alleen niet alle kleuren, de bruine M&M’s moeten er volgens contract allemaal uit. Als er toch een bruine wordt aangetroffen, gaan ze compleet uit hun plaat. Dat klinkt ridicuul, maar het idee erachter is briljant. De shows van Van Halen zijn nogal spektakelstukken met technisch grote en ingewikkelde producties. Al sinds de jaren ’80 hebben zij op tournees veel materiaal bij zich, zeker meer dan gebruikelijk is en het productieontwerp was en is vrij ingewikkeld om in elkaar te zetten voor mensen die dat de eerste keer doen. Om te zorgen dat alles goed opgebouwd wordt, krijgen de organisaties en locaties waar ze hun concerten geven, uitgebreide en gedetailleerde contracten waarin staat waar alles precies moet zitten. Eén foutje en de kans is groot dat de show in het honderd loopt. Door het strakke tijdschema en de overvolle toeragenda hebben de bandleden niet de tijd en de energie om elk stopcontact, snoer, lampje en stekkerdoos te controleren. In artikel 126 van hun contract hebben ze daarom de M&M-clausule laten opnemen. Het artikel staat midden tussen de technische specificaties. Als de schaal M&M’s wordt gecontroleerd en er zitten bruine M&M’s tussen, dan weten ze dat het contract niet goed is gelezen. Dat is een goede reden om uit je plaat te gaan, omdat daarmee de kans bestaat dat de andere specificaties met dezelfde attitude zijn benaderd. Het vinden van de bruine M&M’s verklikt de technische problemen.
In de epiloog van dit boek, het probleem van dit boek, legt Wouter Fioole het ANDERS-sjabloom op zijn eigen boek. Hij had nog meer willen onderzoeken, nog nieuwsgieriger willen zijn naar andere vakgebieden. Dat heeft hij niet gedaan. Die tijd had hij niet, die kon hij maar een keer besteden. En zijn uitgever wilde het boek op tijd naar de drukker hebben. En dat is jammer, want nu staat er op de zijkant van het boek: Het probleem met roblemen. Een bruine M&M?
Arie Buvens heeft sinds 2003 zijn eigen adviespraktijk: Interim adviespraktijk Buvens Bv. Na een carrière in de vakbeweging was hij twintig jaar werkzaam in directionele en bestuurlijke functies in de (geestelijke) gezondheidszorg.