Het Staatsrecht van 7 Europese landen
Belgie, Bondsrepubliek Duitsland, Frankrijk, Italië, Polen, Verenigd Koninkrijk, Zweden
Paperback Nederlands 2018 9e druk 9789013133707Samenvatting
Op zoek naar een toegankelijke introductie tot het constitutionele recht van de belangrijkste EU-landen? Dit studieboek is systematisch gestructureerd en helpt je gemakkelijk de landen te vergelijken op hun belangrijkste staatsrechtelijke beginselen en organen.
Deze editie is ingrijpend geactualiseerd naar recente ontwikkelingen per land. Wat zijn de staatsrechtelijke verschillen en overeenkomsten tussen de verschillende landen binnen de EU? Het Staatsrecht van 7 Europese landen helpt je Europese landen te vergelijken op hun belangrijkste staatsrechtelijke beginselen en organen.
Aan de ene kant verkrijg je grondig inzicht in de belangrijkste constitutionele rechtssystemen in de EU. Aan de andere kant zet de uitgave de kenmerkende verschillen uiteen met een representatief overzicht van rechtssystemen in diverse gebiedsdelen van de EU. Je maakt allereerst kennis met het staatsrecht van de 'grote vier' landen van de EU: de Bondsrepubliek Duitsland, Frankrijk, Italië en het Verenigd Koninkrijk. Daarnaast buigt de uitgave zich over de structuren van België, Zweden en Polen.
Aan de hand van een terugkerend stramien belicht de uitgave per land de hoofdzaken van het constitutionele recht. Aan bod komen onder meer de constitutionele rechtsbronnen en uitgangspunten. Ook gaat aandacht uit naar de staats- en regeringsvorm en staatsinstellingen, zoals het staatshoofd, de regering, het parlement en de rechterlijke macht. Je krijgt een helder beeld van hun bevoegdheden en onderlinge verhoudingen, alsmede de grondrechten vanuit een positiefrechtelijk perspectief. Dit helpt je een systematische rechtsvergelijking tussen landen te maken.
Uiteraard gaat deze nieuwste editie niet voorbij aan recentelijke ontwikkelingen binnen de EU. Zo is de inhoud grondig bijgewerkt naar aanleiding van de Brexit, de juridische maatregelen in Polen met betrekking tot de rechterlijke macht en de staatkundige vernieuwing in Italië. Geen ander studieboek biedt een dergelijke actuele en systematische staatsrechtelijke rechtsvergelijking.
Specificaties
Lezersrecensies
Over Roel de Lange
Inhoudsopgave
I. Constitutionele geschiedenis, grondgebied en bevolking 3
1. Korte constitutionele geschiedenis 3
2. Het grondgebied 8
3. De bevolking 9
II. Bronnen van grondwettelijk recht 10
1. Materiële bronnen van grondwettelijk recht:
staatsrechtelijke principes 10
2. Formele bronnen van grondwettelijk recht 14
3. Internationaal en Europees recht 17
4. Andere bronnen van constitutioneel recht 18
5. Interpretatie van rechtsregels 19
6. Hiërarchie van rechtsregels 20
III. Regeringsvorm 22
1. Het Staatshoofd 22
2. De federale regering 23
3. Het parlement 25
4. Het parlementair systeem 29
5. Wetgevende procedures 31
6. Uitvoerende macht 35
7. Controle- en adviesorganen 36
IV. De rechtscolleges 38
1. Organisatie 38
2. Positie en statuut van de rechter 39
3. Toetsing van de wet 40
4. Het Grondwettelijk Hof 42
V. De staatsstructuur: het federale België 46
1. De bevoegdheidsverdeling 46
2. Samenwerking tussen federale en deelstatelijke overheden en federale ‘loyauteit’ 48
3. Participatie- en blokkeringsinstrumenten 49
4. Interne structuur van de gemeenschappen en gewesten 49
5. Decentralisatie: provincies en gemeenten 52
VI. Fundamentele rechten en vrijheden 54
1. Algemeen 54
2. Burgerlijke en politieke rechten 56
3. Sociale, economische en culturele rechten 56
4. Fundamentele rechten in verdragen en EU-recht 57
VII. Bibliografie 59
De Bondsrepubliek Duitsland 61
I. Constitutionele geschiedenis, territoir, volk 63
1. Constitutionele geschiedenis 63
2. Duitse eenwording 65
3. Samenstelling van de BRD 66
4. Nationaliteit 66
II. De bronnen van het Duitse staatsrecht 68
1. Algemeen 68
2. De grondwet. Grondslagen van constitutioneel recht 69
3. Internationaal recht en EU-recht 71
III. Het regeringsstelsel op bondsniveau 75
1. De bondspresident 75
2. De bondsdag 77
3. De bondsraad 83
4. Bondsregering, bondskanselier, bondsministers 86
5. De verhouding tussen regering en bondsdag 89
6. De wetsprocedure 90
7. Politieke partijen 92
8. Adviescolleges 94
9. Staatsnoodrecht 94
IV. De bondsrepubliek als federale staat 97
1. Uitgangspunten van federalisme 97
2. Verdeling van bevoegdheden tussen bond en landen 99
3. De financiële verhoudingen binnen de federatie 101
4. De inwendige structuur van de landen 103
5. Gemeenten 103
V. Rechtspraak en rechtsbescherming 106
1. Rechterlijke organisatie en rechtsmiddelen 106
2. Het constitutionele hof 111
3. Grondrechten 114
VI. Bijlage/bibliografie 120
1. Literatuurlijst 120
2. Internet 121
De Franse Republiek 123
I. Historie, territoir, volk 125
1. De constitutionele ontwikkeling 125
2. De territoriale indeling 129
3. Het volk 129
II. De bronnen van het constitutionele recht 130
1. Algemeen 130
2. De constitutie van 4 oktober 1958 130
3. De organieke wetten en ‘ordonnances’ 133
4. De reglementen van orde 133
5. Het ongeschreven recht 133
6. De jurisprudentie 134
7. Internationale overeenkomsten 134
III. Het staatshoofd 135
1. Algemeen 135
2. Orgaan 135
3. Bevoegdheid 137
IV. De regering 145
1. Algemeen 145
2. Orgaan 145
3. Bevoegdheid 147
4. Het bestuursapparaat 149
V. Het parlement 150
1. Algemeen 150
2. Orgaan 150
3. Bevoegdheid 154
4. De wetgeving 155
VI. De verhouding tussen regering en parlement 162
1. De regeringsvorming 162
2. De controle door het parlement 163
3. Het ontbindingsrecht 165
VII. De hoge colleges van staat; vaste adviescolleges 166
1. De conseil économique, social et environnemental 166
2. De conseil d’état 166
3. De conseil constitutionnel 167
VIII. De rechtspraak 169
1. Algemeen 169
2. De conseil constitutionnel 169
3. De gewone rechterlijke macht 172
4. De administratiefrechtelijke macht 174
5. Het Haute Cour 176
6. Het cour de justice de la république 177
7. Conseil supérieur de la magistrature 177
8. De défenseur des droits 177
IX. Decentralisatie en deconcentratie 179
1. Algemeen 179
2. De regio 179
3. Het departement 180
4. De gemeente 180
5. Het toezicht 180
X. Het buitenlands beleid 182
1. Algemeen 182
2. De totstandkoming van verdragen en overeenkomsten 182
3. Verdragen en overeenkomsten die afwijken van de constitutie 182
4. De werking van verdragen en overeenkomsten binnen de nationale rechtsorde 183
5. De Europese Unie 183
XI. De grondrechten 185
1. Bronnen 185
2. Nadere regeling van de grondrechten 186
XII. Het staatsnoodrecht 187
1. Algemeen 187
2. buitengewone bevoegdheden 187
3. De staat van beleg 188
4. De état d’urgence 188
XIII. Beknopte literatuurlijst 189
De Italiaanse Republiek 191
I. De historische en politieke context van het constitutionele recht 193
1. Inleiding 193
2. De vorming van de Italiaanse staat 193
3. Crisis en hervormingen 194
4. Constitutionele praktijk en het politieke stelsel 197
5. Kerk en staat 200
II. Rechtsbronnen 203
1. De Grondwet 203
2. Constitutionele wetten 204
3. Het Europese en het internationale recht 205
4. Andere ‘tussengelegen’ normen 209
III. Het regeerstelsel 210
1. Het Parlement 210
2. Rechtstreekse democratie 218
3. De President van de Republiek 219
4. De Regering 223
5. De wetgevende bevoegdheid van de regering 228
6. De hulporganen van de Republiek 230
IV. Rechtspraak 233
1. De taak van de rechter 233
2. De rechterlijke organisatie 233
3. Bestuursrechtspraak 235
4. Bijzondere rechterlijke instanties 236
5. Het Constitutionele Hof 237
6. De Hoge raad voor de rechterlijke macht 240
7. Het openbaar ministerie 240
V. Een gedecentraliseerde staat 242
1. De ontwikkeling van de gewestelijke autonomie 242
2. De gewesten sinds de grondwetswijziging van 2001 243
3. Provincies en gemeenten 246
VI. Grondrechten en fundamentele politieke plichten 248
1. Klassieke grondrechten 248
2. Sociale grondrechten 253
VII. Bronnen voor verdere studie 254
De Republiek Polen 257
I. Inleiding 259
II. Bronnen van grondwettelijk recht 263
1. Uitgangspunten van het grondwettelijke stelsel 263
2. De bronnen van algemeen verbindend recht 265
3. Internationale en Europese rechtsbronnen 269
III. Regeringsstelsel 273
1. Beginselen van de staatsinrichting 273
2. Het staatshoofd 274
3. Raad van Ministers 280
4. Parlement 284
5. Verkiezingen van de leden van de Sejm en de Senaat 291
6. Wetgevingsproces 292
IV. Rechterlijke organisatie 297
1. Inleiding: rechterlijke waarborgen van onafhankelijkheid en onpartijdigheid 297
2. Gerechten en de Nationale Raad voor de Rechtspraak 299
3. Constitutioneel Tribunaal 300
4. Staatstribunaal 303
V. Grondrechten 305
1. Algemeen 305
2. Klassieke rechten en vrijheden 307
3. Economische, sociale en culturele rechten 308
4. Plichten 309
5. Instrumenten tot effectuering van grondrechten 309
VI. Decentrale overheden 312
Bibliografie 315
Het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland 317
I. Inleiding; het Verenigd Koninkrijk 319
II. Britse constitutionele geschiedenis 324
III. Bronnen van het Britse staatsrecht 330
IV. Regeringsstelsel en regeringsvorm 337
V. Rechter en rechtspraak 361
VI. Fundamentele rechten 366
VII. Literatuur 371
VIII. Jurisprudentie 374
Het Koninkrijk Zweden 377
I. Constitutionele geschiedenis, territoir en volk 379
1. Algemeen 379
2. Van de middeleeuwen tot de grondwet van 1809 379
3. Van de grondwet van 1809 tot de tweede wereldoorlog 381
4. Naar een algehele grondwetsherziening 381
5. Territoir en volk 384
6. Verkrijging en verlies van de Zweedse nationaliteit 384
II. Bronnen en grondslagen van het Zweedse staatsrecht 386
1. Bronnen van het staatsrecht 386
2. Grondslagen van het staatsrecht 386
3. Grondwetswijziging 388
4. Internationale verdragen 388
III. Het Parlement 390
1. Algemeen 390
2. Aantal leden en zittingsduur van de rijksdag 390
3. Kiesrecht 390
4. Kiesstelsel 391
5. Plaatsvervangers 392
6. Incompatibiliteiten 393
7. De rechtspositie van de rijksdagleden 393
8. Organisatie en werkwijze van de rijksdag 394
IV. Het Staatshoofd 397
1. Algemeen 397
2. Koningsmacht beperkt tot representatieve taken 397
3. De troonopvolging 399
V. De regering 400
1. Algemeen 400
2. Regeringsvorming 400
3. Organisatiestructuur van de regering 403
4. Het zelfstandige bestuursapparaat 405
VI. Verhouding parlement en regering 407
1. Algemeen 407
2. Politieke verantwoordelijkheid van de regering ten opzichte van de rijksdag 407
3. Controle door de constitutionele commissie 409
4. De ombudsmannen van de rijksdag en de justitiekanselier 410
5. De revisors van de rijksdag 411
VII. Regelgeving 412
1. Algemeen 412
2. Het regelgevingsterrein van de rijksdag 413
3. Regelingsbevoegdheid van de regering 413
4. Wetgevingsprocedure 414
5. Constitutionele toetsing 416
VIII. De rijksdag en de financiën 418
1. Algemeen 418
2. Belastingen 418
3. Begroting 418
4. Andere financiële bevoegdheden van de rijksdag 419
IX. Rechtspraak 420
1. Algemeen 420
2. De gewone rechterlijke macht 420
3. De administratieve rechterlijke macht 421
X. Decentralisatie 423
1. Algemeen 423
2. Ontwikkeling provincies en gemeenten in historisch perspectief 423
3. Organisatiestructuur provincies en gemeenten 424
XI. Internationale verhoudingen 427
1. Algemeen 427
2. De totstandkoming van verdragen 427
3. De doorwerking van verdragen 427
4. Overdracht van bevoegdheden aan internationale organisaties 428
XII. Grondrechten 429
1. Algemeen 429
2. Sociale grondrechten 429
3. Vrijheidsrechten 430
4. Beperkingen van vrijheidsrechten 432
5. De grondwetten op de vrijheid van drukpers en de uitingsvrijheid 434
XIII. Staat en kerk 437
XIV. Beknopt literatuuroverzicht 438
Trefwoordenregister (per land) 439
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan