Mr. A.D.M. van Rijs studeerde aan de Universiteit van Amsterdam Nederlands recht. Hij is thans senior juridisch medewerker bij de afdeling Wetgeving van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Meer over de auteursHandboek voor de ontslagpraktijk bij het UWV
Paperback Nederlands 2022 1e druk 9789083066158Samenvatting
Het ontslagrecht is met ingang van 1 juli 2015 door de Wet werk en zekerheid ingrijpend gewijzigd. Als een werkgever de arbeidsovereenkomst met de werknemer wil opzeggen wagens bedrijfseconomische redenen of langdurige arbeidsongeschiktheid dan heeft hij daarvoor toestemming nodig van het UWV. De ontslagpraktijk van het UWV in dezen is het onderwerp van dit boek.
Aan bod komen allereerst een schets van de geschiedenis van het Nederlandse ontslagrecht en een introductie over de arbeidsovereenkomst. Vervolgens wordt de rechtsgeldige opzegging van werkgeverskant behandeld met de redelijke ontslaggronden, de herplaatsingsverplichting en de instemmingsmogelijkheid van werknemerskant. De opzeggingsmogelijkheid van de arbeidsovereenkomst kent een begrenzing via de zogenoemde opzeg-/beëindigingsverboden ontslaggronden. Hierna komen de procedurele en formele aspecten van het toestemmingsvereiste aan bod.
Na de behandeling van het beleid van het UWV inzake het verlenen van toestemming bij bedrijfseconomische gronden, volgt het beleid inzake het collectief ontslag. Ook ontbreekt het beleid inzake het verlenen van toestemming bij langdurige arbeidsongeschiktheid niet. Het boek wordt afgesloten met de verschillende rechtsbeschermingsmogelijkheden rond het al dan niet verlenen van toestemming.
Dit boek beoogt een praktische handleiding te geven voor iedereen die werkzaam is in de ontslagpraktijk en geeft een goed inzicht in de uitvoering van de bestuurlijke preventieve toets die wordt uitgevoerd door functionarissen van het UWV.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
15 LIJST VAN AFKORTINGEN
19 HOOFDSTUK 1 EEN SCHETS VAN DE GESCHIEDENIS VAN HET ONTSLAGRECHT
19 1.1 Inleiding
20 1.2 De rol van de bezetter
23 1.3 De Londense besluiten
24 1.4 Het BBA 1945
27 1.5 De wijziging van het burgerrechtelijke ontslagrecht
30 1.6 Een nieuwe aanval op het duale ontslagstelsel
31 1.7 Driemaal scheepsrecht?
32 1.8 Dus niet en dan? Uithuilen en opnieuw beginnen
34 1.9 De Adviescommissie Duaal Ontslagstelsel
36 1.10 Alternatieve selectiecriteria voor ontslag?
39 1.11 De afschaffing van het dienstjaren- of anciënniteitsbeginsel
44 1.12 In de wurggreep van de Participatietop 2007
51 1.13 Toch nog maar een keer proberen
59 1.14 Een intermezzo, naar een nieuw ontslagrecht
59 1.15 En dan, eindelijk!, maar …
69 HOOFDSTUK 2 DE ARBEIDSOVEREENKOMST, EEN INTRODUCTIE
69 2.1 Inleiding
69 2.2 Het element ‘in dienst van’
69 2.2.1 De gezagsrelatie
72 2.2.2 Het zogenoemde ‘directierecht’
74 2.3 Het element ‘loon’
74 2.3.1 Inleiding
75 2.3.2 Geen arbeid, wel of geen loon
75 2.3.2.1 Inleiding
77 2.3.2.2 Geen arbeid, wel loon (1)
7
HANDBOEK VOOR DE ONTSLAGPRAKTIJK BIJ HET UWV
80 2.3.2.3 Geen arbeid, wel loon (2)
82 2.3.3 Een minimumaanspraak op loon
83 2.4 Het element ‘arbeid’
83 2.4.1 Inleiding
83 2.4.2 Het persoonlijk verrichten van arbeid
85 2.4.3 Het rechtsvermoeden van de omvang van de arbeid
88 2.5 Het element ‘gedurende zekere tijd’
89 2.6 De partijbedoeling en de feitelijk uitvoering van de arbeidsovereenkomst
93 2.7 Het rechtsvermoeden van het bestaan van een arbeidsovereenkomst
99 HOOFDSTUK 3 BEËINDIGING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST DOOR OPZEGGING (1)
99 3.1 Inleiding
100 3.2 Rechtsgeldige opzegging door de werkgever
100 3.2.1 Inleiding
101 3.2.2 Een redelijke ontslaggrond
101 3.2.2.1 Inleiding
102 3.2.2.2 Persoonsgebonden gronden
113 3.2.3 De herplaatsingsverplichting voor de werkgever
113 3.2.3.1 Inleiding
115 3.2.3.2 Redelijke termijn
118 3.2.3.3 Scholing
120 3.2.3.4 Passende functie
124 3.2.3.5 Uitzonderingen op de herplaatsingsverplichting
126 3.2.4 De instemming van de werknemer
126 3.2.4.1 Rechtsgeldige opzegging en schriftelijke instemming
129 3.2.4.2 Uitzonderingen op het instemmingsvereiste
132 3.2.4.3 De herroepingsmogelijkheid
133 3.2.4.4 Nietige bedingen
133 3.3 Nadere voorschriften voor de opzegging door de werkgever
133 3.3.1 Schriftelijk en redengeving
134 3.3.2 Opzegging in beginsel tegen het einde van de maand
134 3.3.3 Opzegtermijnen
135 3.4 De payrollconstructie
141 HOOFDSTUK 4 BEËINDIGING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST, OPZEG-/BEËINDIGINGSVERBODEN
141 4.1 Inleiding
143 4.2 Ziekte
143 4.2.1 ‘Tijdens ziekte’ en ‘wegens ziekte’
145 4.2.2 Het begrip ‘ziekte’
150 4.2.3 De beperking van het opzeg-/beëindigingsverbod in tijd
151 4.2.4 De berekening van het tijdvak van twee jaar – samentelling
151 4.2.5 Het voorkomen van misbruik
155 4.3 Zwangerschaps- en bevallingsverlof
157 4.4 (Vervangende) dienstplicht
158 4.5 Medezeggenschap
158 4.5.1 De Wet op de ondernemingsraden
161 4.5.2 De Wet op de Europese ondernemingsraden
163 4.6 Het lidmaatschap van een vakvereniging en vakbondsactiviteiten
164 4.7 Het zogenoemde ‘politiek verlof’
164 4.8 Verschillende (andere) verlofvormen
166 4.9 De overgang van een onderneming
168 4.10 Zondagarbeid
169 4.11 De deskundige werknemer of persoon in de zin van de Arbeidsomstandighedenwet
171 4.12 Flexibel werken
172 4.13 Gelijke behandeling
176 4.14 Uitzonderingen op de opzeg-/beëindigingsverboden
185 HOOFDSTUK 5 BEËINDIGING VAN DE ARBEIDSOVEREENKOMST DOOR OPZEGGING (2) – HET TOESTEMMINGSVEREISTE
185 5.1 Inleiding
186 5.2 De toestemming van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
186 5.2.1 Het toestemmingsvereiste
187 5.2.2 Nadere voorschriften
189 5.3 Wie verleent de vereiste voorafgaande toestemming?
189 5.3.1 Inleiding
189 5.3.2 Nadere invulling afdeling Arbeidsjuridische dienstverlening en werkgebieden
191 5.3.3 Waar moet het verzoek om toestemming worden gedaan?
191 5.3.3.1 Inleiding
191 5.3.3.2 Verzoek om toestemming op grond van bedrijfseconomische redenen
192 5.3.3.3 Verzoek om toestemming wegens langdurig arbeidsongeschiktheid
193 5.3.4 Wie neemt de beslissing?
193 5.3.4.1 Inleiding
193 5.3.4.2 Mandatering
195 5.3.4.3 Wie mag beslissen?
197 5.4 De procedure
197 5.4.1 Het verzoek om toestemming van werkgeverskant
200 5.4.2 Hoor en wederhoor
205 5.4.3 Het verzoek om toestemming door de overheidswerkgever
205 5.4.3.1 De overheidswerkgever
205 5.4.3.2 Besluitvorming wat betreft de bedrijfseconomische reden
206 5.4.3.3 Democratisch genomen besluit
207 5.4.3.4 Het ‘democratisch genomen besluit’ en het ‘primaat van de politiek’
209 5.5 De ontslagadviescommissie
209 5.5.1 Inleiding
211 5.5.2 De instelling, taak, samenstelling en benoeming
214 5.5.3 Advisering
217 5.6 De beslissing
217 5.6.1 De beslistermijn
218 5.6.2 De motiveringsplicht
218 5.6.3 De bekendmaking van de beslissing
219 5.6.4 De geldigheidsduur van de toestemming
220 5.7 De wederindiensttredingsvoorwaarde
228 5.8 De toestemming van de cao-ontslagcommissie
228 5.8.1 Inleiding
228 5.8.2 Nadere voorschriften
230 5.8.3 Procedurele voorschriften
230 5.8.4 De beslissing
230 5.8.4.1 De beslistermijn
231 5.8.4.2 De bekendmaking van de beslissing
231 5.8.4.3 De geldigheidsduur van de toestemming
232 5.8.5 Een ‘gewone cao-constructie’ of toch niet?
235 5.9 Nietige bedingen
237 HOOFDSTUK 6 HET BELEID INZAKE HET VERLENEN VAN TOESTEMMING BIJ BEDRIJFSECONOMISCHE GRONDEN
237 6.1 Inleiding
239 6.2 Voorwaarden voor het kunnen verlenen van toestemming (1), geen opzeg-/beëindigingsverbod van toepassing
240 6.3 Voorwaarden voor het kunnen verlenen van toestemming (2), beëindigen nader aangegeven arbeidsrelaties
240 6.3.1 Inleiding
243 6.3.3 Payrollconstructie
244 6.4 Voorwaarden voor het kunnen verlenen van toestemming (3), beleid voor het toestemmingsvereiste voor bedrijfseconomische gronden
244 6.4.1 Inleiding
244 6.4.2 Beoordeling van de noodzaak van het verval van arbeidsplaatsen
253 6.4.3 Het verval van arbeidsplaatsen binnen een concern
255 6.4.4 Het verval van arbeidsplaatsen bij een grensoverschrijdende werkgever
255 6.4.5 Deeltijdontslag, wijzigingsontslag en gedeeltelijke beëindiging
255 6.4.5.1 Het zogenoemde ‘deeltijdontslag’
257 6.4.5.2 Het zogenoemde ‘wijzigingsontslag’
260 6.4.5.3 De gedeeltelijke beëindiging van de arbeidsovereenkomst
261 6.4.6 Het uitbesteden van werkzaamheden
262 6.4.7 Het uitbesteden van werkzaamheden aan zelfstandigen
264 6.4.8 Een redelijke grond voor ontslag van de uitzendwerknemer
266 6.5 Voorwaarden voor het kunnen verlenen van toestemming (4), het beleid inzake de ontslagkeuze – het (verplichte) evenredigheids- of afspiegelingsbeginsel
266 6.5.1 Inleiding
267 6.5.2 Indeling in leeftijdsgroepen
270 6.5.3 Soms keuzevrijheid voor de werkgever
270 6.5.4 Afwijking van het verplichte evenredigheids- of afspiegelingsbeginsel
274 6.5.5 Peildatum voor indeling in leeftijdsgroepen
276 6.5.6 Uitwisselbare functies
283 6.5.7 De in aanmerking te nemen uitwisselbare functies – bedrijfsvestiging
291 6.5.8 Berekening van de duur van het dienstverband
292 6.5.9 Het UWV-stappenplan voor de toepassing van het evenredigheids- of afspiegelingsbeginsel
296 6.5.10 Het UWV-stappenplan voor de toepassing van het evenredigheids- of afspiegelingsbeginsel bij deeltijdontslag
315 6.5.11 Rekenvoorbeelden bij de toepassing van het evenredigheids- of afspiegelingsbeginsel
318 6.5.12 Alternatief evenredigheids- of afspiegelingsbeginsel, de 10%- afwijkingsnorm
322 6.5.13 Alternatief evenredigheids- of afspiegelingsbeginsel in collectieve arbeidsovereenkomsten
323 6.5.14 Het evenredigheids- en afspiegelingsbeginsel in een internationale situatie
331 HOOFDSTUK 7 HET BELEID INZAKE HET VERLENEN VAN TOESTEMMING BIJ
BEDRIJFSECONOMISCHE GRONDEN; COLLECTIEF ONTSLAG
331 7.1 Inleiding
332 7.2 De meldingsverplichting collectief ontslag
332 7.2.1 Inleiding
333 7.2.2 Wat is collectief ontslag?
335 7.2.3 De meldingsverplichting
335 7.2.3.1 Melding aan belanghebbende werknemersverenigingen
337 7.2.3.2 Melding aan het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen
337 7.3 De vereisten van de melding
337 7.3.1 De vereisten van de melding aan de belanghebbende werknemersverenigingen
338 7.3.2 De vereisten van de melding aan het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
340 7.3.3 Onvolledige melding en de gevolgen daarvan
341 7.4 Het in behandeling nemen van de toestemmingsverzoeken aan het
Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
343 7.5 Ontbindingsverzoeken en de vergewisverplichting van de kantonrechter
344 7.6 De fictie van raadpleging
345 7.7 De wachttermijn van één maand
346 7.8 Sanctie op niet naleving van de meldingsverplichting
349 HOOFDSTUK 8 HET BELEID INZAKE HET VERLENEN VAN TOESTEMMING BIJ
LANGDURIGE ARBEIDSONGESCHIKTHEID
349 8.1 Inleiding
350 8.2 Voorwaarden voor het kunnen verlenen van toestemming, beleid voor het toestemmingsvereiste bij langdurige arbeidsongeschiktheid
355 HOOFDSTUK 9 RECHTSBESCHERMING
355 9.1 Inleiding
355 9.2 Een hernieuwd verzoek na weigering van de toestemming
356 9.3 Ontbinding van de arbeidsovereenkomst
359 9.4 Vernietiging van de opzegging
360 9.5 Herstel van de arbeidsovereenkomst
363 9.6 Een billijke vergoeding
364 9.7 Een onrechtmatige daad?
364 9.7.1 Inleiding
365 9.7.2 Door de werknemer
367 9.7.3 Door de werkgever
369 9.8 De Nationale ombudsman
373 LIJST VAN VERKORT AANGEHAALDE WERKEN
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan